gemeente Breda bij volgno. 44 der agenda De raad der gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 februari 1963» bij lagen 1963 no.79? overwegende, dat door de uitsluitend in het belang van de verbetering der volkshuisvesting werkzame en als zodanig toegelaten Algemene Woningbouwver eniging voor Breda e.o. alhier, zal worden overgegaan tot de stichting van van complex van 82 woningen in het uitbreidingsplan "De Geeren Zuid" te Breda; dat voor de bouw en de exploitatie dezer woningen bij beschikkingen van de minister van volkshuisvesting en bouwnijverheid d.d. 31 januari 1963, nr. NV.1752-NB,63 reeds rijksvoorschotten en -bijdragen ingevolge de woningwet aan de gemeente zijn toegekend; gelet op artikel 52 der woningwet, de bepalingen van het woningbesluit en de beschikking bijdragen woningwetbouw 1950; besluit: aan de Algemene Woningbouwvereniging voor Breda e.o. alhier, te verlenen: a. een voorschot ten bedrage van maximaal 263.630,- ten behoeve van het verkrijgen van bouwterrein en een voorschot ten bedrage van maximaal 1.554.577,- ten behoeve van de bouw van het complex 82 woningen in het uitbreidingsplan "De Geeren Zuid" te Breda en zulks onder de navolgende voorwaarden 1de betaling van rente en aflossing der grond- en bouwvoorschotten be hoort te geschieden in respectievelijk 75 en 50 annuïteiten, berekend naar hetzelfde rentepercentage als de gemeente nu of later verschuldigd zal zijn over de rijksvoorschotten voor het onderhavige doel, dan wel over het ter aflossing daarvan op te nemen kapitaal, met inbegrip van de kosten van sluiten, opnieuw sluiten of converteren der geldleningen vallende; 2. bij faillissement of bij ontbinding of opheffing der bouwvereniging alsmede indien de voorwaarden, waaronder de voorschotten zijn verleend, niet worden nageleefd, worden de voorschotten of het onafgeloste ge deelte daarvan terstond opvorderbaar; 3. bij vervreemding of bezwaring van onroerende goederen der bouwvereni ging, zonder goedkeuring van burgemeester en wethouders, of anders van gedeputeerde staten, zal het bestuur aan de gemeente verbeuren een som van tweemaal de bij dit besluit verleende voorschotten, waar voor de leden van het bestuur, die aan het besluit tot vervreemding of verzwaring hebben medegewerkt of zich daartegen niet hebben verzet ook na hun aftreden als bestuurslid, hoofdelijk ieder voor het geheel aansprakelijk zullen zijn, onverminderd het recht der gemeente om, zo daartoe termen zijn, in plaats van de geldboete schadevergoeding te eisen en om de vervreemding of bezwaring niet als geldig te erkennen; 4. de gemeente zal, zolang het voorschot niet geheel is afgelost, met goedkeuring van gedeputeerde staten, of, bij weigering, met koninklijke goedkeuring, hot recht hebben alle bezittingen, met het voorschot verkregen, met de daarop rustende lasten en verplichtingen en allo schulden der bouwvereniging, voorzover die ten behoeve van die bezit-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 133