c
gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 6 der agenda
Bijlagen 1963
no120
10 april 1963
V/2381
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het verdagen van de beslissing over het ont-
werp-uitbreidingsplan "winkelcentrum Bra
bantplein"
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 37, lid 2, der woningwet heeft
ingaande 21 januari 1963 gedurende vier weken ter gemeentesecretarie ter
inzage gelegen het ontwerp-uitbreidingsplan in onderdelen "winkelcentrum
Brabantplein" met de daarbij behorende bebouwingsvoorschriften en toe
lichting.
Dit ontwerp-plan is een gedeeltelijke herziening van het uitbreidings
plan in onderdelen "Brabantpark B 1960". Het beoogt de mogelijkheid te
scheppen om het centrumplein aan te vullen met enkele bouwwerken van
geringe omvang, waarbij gedacht is aan 2 dagwinkeltjes en 2 vitrines,
hetgeen uit stedebouwkundig oogpunt wenselijk lijkt.
Na afloop van deze termijn dient Uw raad ingevolge het bepaalde in
artikel 37, lid 2, der woningwet binnen 3 maanden te beslissen, der
halve vóór 18 mei a.s., hetgeen in feite betekent in Uw eerstvolgende
vergadering.
Tegen dit ontwerp is een bezwaarschrift ingediend door winkeliers van
het Brabantplein, welk stuk op 13 maart jl. om preadvies in handen
van ons college is gesteld. Het naar aanleiding van deze bezwaren
gestelde onderzoek kan echter nog niet worden afgesloten. Uw raad kan
evenwel krachtens genoemde bepaling zijn beslissing éénmaal voor ten
hoogste drie maanden verdagen.
Op grond van het bovenstaande stellen wij U voor Uw beslissing over
bovenvermeld ontwerp-uitbreidingsplan voor ten hoogste drie maanden
te verdagen, te rekenen vanaf 18 mei a.s.
Een ontwerp-besluit hebben wij voor U ter visie gelegd.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken
zal U nog worden medegedeeld.
Burgemeester en xvethouders van Breda,
R. Geuljans
burgemeester.
Van ¥0ensel
secretaris.