gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. volgno. 12 der agenda Bijlagen 1963 no. 128 11 april 1963 V/ 6181 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlenen van medewerking aan de bouw van een onder grondse parkeergarage aan de Haven. Bij raadsbesluit van 13 februari 1957 is vastgesteld de "Bebouwingsverorde ning Binnenstad N.O.", waaraan gedeputeerde staten van Noord-Brabant bij be sluit van 3 juli 1958, G. nr. 72740 hun goedkeuring hebben verleend. Een voordien veel omstreden kwestie was hiermede in een beslissende fase ge komen, namelijk de demping van de haven, waarin genoemde stedebouwlcundige regeling voorziet. Het dichten van de haven is zoals destijds al is geconcludeerd, noodzakelijk ten behoeve van een goed functionerende verkeersring in het belang van het leefbaar houden van de binnenstad. Nadat het binnenstadsplan de vereiste goedkeuring had verkregen, is onver wijld begonnen met het ontwerpen van een plan tot demping, uiteraard mede omvattende de daaruit voortvloeiende werken en voorzieningen, In dit stadium ontstond naar aanleiding van suggesties en gedachtenwisselingen het plan om het als waterpartij op te heffen gedeelte van de haven te bestemmen tot een ondergrondse parkeergarage, als bijdrage tot de oplossing van hot steeds klem mender wordende parlceer-probleem in het stadscentrum. Ongeveer 3 jaar geleden was het volledige project, omvattende de reconstruc tie vanaf de Markendaalseweg tot aan de van Bcrgenstraat gereed. Tevens was hierin opgenomen het maken van een ondergrondse garage voor rekening der gemeente, waarbij over eigen exploitatie dan wel door derdon nader zou moe ten worden beslist. Tot zover is het evenwel niet gekomen, aangezien voormeld plan om tweeërlei redenen geruime tijd latent is gebleven. Enerzijds op grond van financiële en exploitatieve overwegingen en bovendien omdat het ons raadzaam voorkwam te wachten op de beslissing van de Kroon op een door de Bond Heemschut inge diend verzoek om vernietiging van het besluit van gedeputeerde staten inzake de goedkeuring van het binnenstadsplan. Dit verzoek richtte zich namelijk in ernstige, om niet te zeggen overwegende mate tegen het verlies van de haven. Intussen werden met betrekking tot de verwezenlijking van het project con tacten gelegd met de ïï.V.Bouwbedrijf "De Baronie", alhier, die do uitvoering volgens door het architectenbureau Oomes en Bogaert ontworpen plan ter hand zou willen nemen,zulks voor rekening van een benzinemaatschappij, namelijk do N.V.Purfina Nederland, die alsdan de garage met een capaciteit van circa 300 autos en daarenboven ter plaatse ook een service-station met benzine-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 210