gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda,
volgno. 39 der agenda
Bijlagen 1963
ïo.160
10 april 1963
P/6018
Voorstel van burgemeester en wethouders tot wij
ziging van de bezoldigingsregeling ambtenaren
1961
Volgens de aan ons gerichte circulaire van 19 december 1962 van de minister
van binnenlandse zaken worden per 1 januari 1963 enige maatregelen getrof
fen op het gebied van de bezoldiging van de burgerlijke rijksambtenaren, welke
onder meer bestaan uit;
a. een herziening van de trendverhoging over het jaar 1962 met een percentage
van circa 2,4/6;
been algemene salarisverhoging van 2°/o op grond van de in 1 963 te verwachten
loonstijgingen in de particuliere bedrijven, waarboven berekend over maxi
maal 9.000,- per jaar nog 1 procent komt, welk percentage verband houdt
met een stijging van de premies voor de algemene ouderdomswet en de algemene
weduwen- en wezenwet;
c. een verhoging van de maximum a.o.w.-compensatie van 38,50 tot 42,- per
maand wegens stijging van voormelde loongrens tot 9.000,- per jaar;
d. een gedifferentieerde salarisverhoging voor de ambtenaren (niet-werklieden)
deze verhoging, welke in 4 fasen wordt gerealiseerd, namelijk per 1 januari
1962, 1963, 1964 en 1965, is voor de laagste rangen en loopt geleidelijk
op tot 40a voor de hoogste rijksrangen. Dc eerste fase is per 1 januari
1962 afgesloten;
e. opname van de uitkeringen, welke als compensatie voor de huurverhogingen
van 1 april 1960 en 1 september 1962 zijn verleend, in de pensioensgrond
slag (niet in de salarisbedragen).
Voornoemde minister heeft verzocht voor het daarvoor in aanmerking komende
personeel in dienst van de gemeente de vaststelling van overeenkomstige voor
zieningen te bevorderen.
De salarisschalen, opgenomen in bijlagen A, B en C van het hierbij gevoegde
ontwerp-raadsbesluit tot wijziging van de bezoldigingsregeling ambtenaren
1961 met ingang van 1 januari 1963, zijn aan de hand van de voor het rijks
personeel gevolgde methode veranderd.
'i'evens zijn de bedragen, vermeld in bijlage A, voorzover ze niet gelijk wa
ren aan die van rijkssalarisschalen, afgestemd op de rijkssalarisreeks; aldus
wordt enige vereenvoudiging van de ingewikkelde salarisadministratie verkre
gen. In het ontwerp-raadsbesluit is met het oog hierop een bepaling opgenomen,
dat burgemeester en wethouders de inpassing regelen van de in dienst zijnde
ambtenaren in de salarisschalen van de bijlage A, in sommige gevallen is het
nodig een overgangstoelage toe te kennen om te voorkomen, dat de ambtenaar
op 1 januari 1963 minder gaat ontvangen, dan bij de technische verhoging van
de salarissen zonder meer het geval zou zijn.
De in de tabellen tussen haakjes vermelde bedragen gelden alleen voor de
ambtenaren, die vóór 1 december 1959 zijn benoemd; dit zijn salarissen, welke
in een standplaats 1e klas gemeente mogen gelden,