gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. volgno. 5 b der agenda Bijlagen 1963 no. 171 15 mei 1963 V/15881 Voorstel van burgemeester on wethouders tot vaststelling van het ontcigeningsplan "Princenhage-Noord 1962" Op 13 juni 1962 besloot Uw raad conform ons voorstel (bijlagen 1962 no. 260 voorlopig good te keuren een plan tot onteigening van een aantal percelen en perceelsgedeelten gelegen in het rechtskracht hebbende uitbreidingsplan "Princenhage-Noord" en in het op diezelfde dag door Uw raad vastgestelde uitbreidingsplan "Princenhage-Noord 1962". Ingevolge het bepaalde in artikel 80 der onteigeningswet heeft dit voorlopig goedgekeurde plan met de daarbijbehorende stukken met ingang van 25 juni 1962 gedurende dertig dagen voor eenieder ter inzage gelegen ter gemeentesecretarie. Deze ter visielegging is op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen bekend gemaakt en bovendien aangekondigd in de plaatselijke dagbladen "De Stem" en "De Bredasche Courant". De termijn van zes maanden waarbinnen, te rekenen van de datum der voorlo pige goedkeuring, het definitieve onteigeningsplan aan gedeputeerde staten van Noord-Brabant ter goedkeuring moet zijn voorgedragenis door de Kroon op ons verzoek verlengd met 6 maanden. De uiterlijke datum voor de inzending is daarmede 13 juni 1963 geworden. Verlenging was noodzakelijk, aangezien gedeputeerde staten nog geen beslissing hadden genomen inzake de goedkeuring van het uitbreidingsplan "Princenhage-Noord 1962", waartegen een tweetal bezwaren waren ingediend. Bij besluit van 23 januari jl. hebben gedeputeerde staten laatstgenoemd uit breidingsplan goedgekeurd met uitzondering evenwel van de bestemming "kleine bedrijven" langs de geprojecteerde uitmonding van de Ettensebaan op de Lies- bos laan. In verband hiermede dienen de in het voorlopig goedgekeurde onteigeningsplan onder de volgnummers 8, 9 en 10 vermelde percelen uit het onteigeningsplan te worden gelicht, voorzover deze althans het gedeelte van het uitbreidings plan "Princenhage-Noord 1962" betreffen, waaraan gedeputeerde staten goed keuring hebben onthouden. Tegen het ontwerp-onteigeningsplan is binnen de voorgeschreven termijn een bezwaarschrift ingekomen van J. Franken, pachter van het perceel sectie 0, no. 1002 (volgnummer 7 van het voorlopig goedgekeurde onteigeningsplan) Reclamant zegt dat hij dit perceel waarop zijn woning met bedrijfsgebouwen staan, niet kan missen, aangezien zijn tuinbouwbedrijf dan tot eon zodanige oppervlakte wordt gereduceerd, dat het hem niet meer een behoorlijk bestaan kan opleveren. Overigens blijft hij bereid langs minnelijke weg tot overeen stemming met de gemeente inzake de pachtafstand te komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 294