volgno. 11 der agenda -2- Uitgaande van de begroting der totale kosten van de drie werken op 2.350.000,- en de onder a genoemde bijdrage der gemeente heeft het rijk voor de verrekening van de werkelijke kosten van uitvoering het aandeel der gemeente berekend op; 876.844 2.350.000,- - 8.800,- x 100 rond 37,54" In de totale raming was -wegens aannemingssom begrepen 1 .900,000,-, ter wijl bij de aanbesteding de N.V. W.Rasenberg en Zn. te Breda de laagste inschrijver was, met een bedrag van 2.196.200,-, een overschrijding dus van het geraamde bedrag met 296.200,-, ofwel 15 a 16; Een andere berekening van het door de gemeente te dragen aandeel in de kos ten geeft aan; 37,5jo van 2.350.000,- 296.200,- - 8.800,-) 989.025,- te verhogen met de kosten der trottoirbanden 8.800,- Totaal 997.825,- Derhalve is een verhoging van het beschikbare krediet nodig tot een bedrag van 997.825,- - 650.000,- 347.825,-. Wij stellen U voor deze verhoging van het krediet voor de kunstwerken in de zuidelijke rondweg toe te staan door vaststelling van de in ontwerp bijge voegde wijziging der gemeentebegroting 1963 Voor het lopende jaar is een betalingsverplichting geraamd van 325.000,-, waardoor voldoende ruimte is op de post 3.7.1 (wegen) van het investerings plan 1963. Bij het samenstellen van de investeringsplannen voor 1964 en 1965 zal met inpassing van de verdere kosten rekening worden gehouden. Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal U nog nader worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda, J.A.Keijs loco-burgemeester. Van Woensel secretaris. Ter visie in de raadzaal.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 310