gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 46 der agenda
Bijlagen 1963
no. 212
14 mei 1963
OSS/6662
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
verhoging van het krediet in rekening courant
met het kerkbestuur van de St. ïiartinus-
parochie aan de Haagsem&rkt
r
In de vergadering van 19 april 1961 heeft Uw raad besloten tot het aangaan
van oen rekening-courant overeenkomst met het kerkbestuur van de Sint Marti-
nusparochie ter voorfinanciering van een toegezegd rijkssubsidie in de res
tauratie van de Martinuskerk. (bijlage 1961 no. 231
De restauratiekosten waren begroot op 161.200,en de staatssecretaris
van onderwijs, kunsten en wetenschappen had hierin een oorlogsschade-subsidie
toegezegd van 90fot tot maximaal 145.080, uiterlijk betaalbaar te stellen
in 1965.
Omdat tijdens de restauratiewerkzaamheden meerdere onvoorziene gebreken in
het gebouw aan het licht zijn gekomen moest een nieuwe begroting worden opge
steld tot een totaal van 335.590,33 of afgerond 336.000,De eerste
begroting is daarmee dus verhoogd met 174.800,Dc staatssecretaris heeft
bij schrijven 7 maart 1963 van dit meerbedrag 88.800,aangemerkt als her
stel oorlogsschade en daarin eveneens 90/- subsidie toegezegd. Hiermee is het
als oorlogsschade subsidiabele bedrag gebracht op 161.200,— 88.800,
250.000,en het hierin toegezegde rijkssubsidie op 225.000,
Het kerkbestuur hoeft zich bij schrijven van 17 april 1963 tot ons college
gewend met het verzoek ook deze verhoging van hot rijkssubsidie weer
door de gemeente te deen voorfinancieren. Op die wijze kunnen do rentekosten
op een betrekkelijk laag niveau gehouden worden.
Wij stellen U voor te willen besluiten het geopende krediet in de rekening-
courant-ovorconkomst met het kerkbestuur d.d. 19 april 1961 te verhogen van
145.080,tot 225.000,De overeenkomst bevat de volgende voorwaarden:
Hot rijkssubsisie wordt gecedeerd aan de gemeente Breda;
Uit het krediet mogen slechts betalingen geschieden gelijk aan de bedragen
van hot rijkssubsidie dat voor de betreffende uitgaven wordt ontvangen;
Aan rente werdt in rekening gebracht de aan de gemeente Breda in rekening-
courant bij de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten verschuldigde rente
(deze bedraagt thans 3
De overeenkomst houdt op van kracht te zijn op 31 december 1965.
Do afdeling voor culturele zaken wordt over dit voorstel gehoord.
Burgemeester en wethouders van Breda,
J.A. Moijs loco-burgemeester.
Van Woensel secretaris.