volgno. 23 der agenda -7- sico's zijn verbonden vooral in een tijd met oplopende loon- en materiaal kosten. Om in dit risico te voorzien wordt 1 van de geraamde opbrengsten (exclu sief verrekeningen met de algemene dienst) onder de kosten opgenomen. Gezien de grote bedragen die jaarlijks moeten worden uitgegeven is voor melde 1 c/o wel wat aan de lage kant. In verband echter met de vrij forse prijs-verhogingen die in vorige jaren moesten worden doorgevoerd is deze factor tot nu toe niet opgevoerd. Dit is een reden temeer om voor 1963 boven de concreet aanwijsbare kosten-verhogende factoren de uitgifteprijzen 2}o hoger te stellen dan als gevolg van bedoelde concrete factoren nodig is. Renteverlies TJit de exploitatieberekeningen is de kostenfactor renteverlies niet zonder meer af te lezen; alle kostenbedragen zijn onder aanhouding van een rente van 4's jaars naar eindwaarde 1979 - zijnde volgens aanneming het laatste jaar van uitgifte van gronden in de grondpool 1963 begrepen - omgerekend. Zo zijn de voor 1963 geraamde uitgavenbedragen verhoogd met een bedrag voor renteverlies over 16 jaar (rente op rente), die van 1964 zijn vermeerderd met 15 jaar samengestelde interest en zo vervolgens. Hetzelfde is geschied met de inkomstbedragen. Het verschil tussen de van de uitgaafposten berekende rente en die van de inkomsten bedraagt 8.587.40C,- hetgeen dus het werkelijk geraamd renteverlies uitmaakt. Voormeld bedrag maakt 11 a/o uit van het totaal der geraamde werkelijke kosten exclusief rente. Hierbij dient aangetekend te worden, dat in de eerdervermelde "netto boekwaarden der gronden per 1-1-1962" ook een stuk renteverlies zit. In verband hiermede is het niet mogelijk om precies aan te geven hoeveel rentekosten in totaal in de exploitatieberekeningen zijn begrepen. Op grond echter van de hiervoor bij de verschillende kostenfactoren vermelde percenta ges (die elke factor van het geheel der kosten uitmaakt) mag aangenomen worden dat onder de "netto boekwaarden" tenminste 1/9 deel aan reeds geboekt rente verlies begrepen is; aldus zou het totale in de exploitatieberekeningen be grepen renteverlies 133/- van de kosten van verwerving, bouwrijpmaken enz. uitmaken. Dit komt overeen met een berekend renteverlies over een periode van 2 jaar en 10 maanden over het totaal der kosten. Vroegere' tekorten Deze hebben betrekking op reeds geliquideerde complexen. Deze tekorten zijn op het totaal der kosten van. minimaal belang en worden daarom verder buiten beschouwing gelaten. TJitgifte-prijzen 1963 Bij een verhoging met 16)0 t.o.v. 1962 zullen de uitgifteprijzen voor de gronden in 1963 moeten worden bepaald op de bedragen vermeld in bijlage III. Ter vergelijking zijn de uitgifteprijzen 1962 tussen haakjes mede opgenomen Ten aanzien van de nieuwe prijslijst dient ter verduidelijking van het voorgaande, waar is voorgesteld om de uitgifteprijzen met 16fé t.o.v. 1962 te verhogen, het volgende opgemerkt te worden. Bij vergelijking van de prijzen 1962 net die van 1963 blijkt, dat voor groep II "terreinen bestemd voor eengezins-woningen in blokken van 4 stuks of meer" slechts een prijsverhoging is voorgesteld van iets meer dan 2/ó; met deze verhoging kon voor deze groep worden volstaan als gevolg van het feit, dat in de praktijk is gebleken dat woningen met een inhoud kleiner dan 300 mi (terreinen groep II sub a) slechts zelden meer worden gebouwd. Als gevolg hiervan kon 9Cfc van de percelen die voorheen voor de bow der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 38