volgno. 7 der agenda -2- standers hebben nl. rond 20f: van het totaal aantal werknemers in dienst en bij de overige kapperspatroons werkt circa l^'- van dat aantal. Met het oog op het voorgaande zijn wij van mening, dat aan het verlangen van de hiervoor vermelde organisaties gehoor kan worden gegeven, weshalve wij Uw raad voorstellen in de hiervoor aangegeven zin te besluiten. Van deze gelegenheid maken wij tevens gebruik U voor te stellen in voormelde verordening enkele kleine wijzigingen aan te brengen, omdat de tekst van die verordening op een tweetal punten van ondergeschikt belang niet meer geheel correct is. Het betreft hier de volgende punten: a. De in de verordening voorkomende definitie van kruidenierswinkels, die ingevolge die verordening op dinsdag na 13 uur voor het publiek gesloten moeten zijn, is niet meer in overeenstemming met thans van kracht zijnde rijksvoorschriften betreffende het kruideniersbedrijf en zal dus gewijzigd moeten worden. In artikel 2, sub 6, van die verordening is n.l. bepaald, dat onder "krui denierswinkels" dienen te worden verstaan winkels, x^aarin uitsluitend of in hoofdzaak plegen te worden verkocht waren, welke tezamen tot tenminste vier der in artikel 1 van het "vestigingsbesluit kruideniersbedrijf 1939" genoemde groepen van waren behoren. Dit besluit is echter met ingang van 11 februari 1961 ingetrokken. Sedert dien is de desbetreffende materie geregeld in de artikelen 3 tot ai met 6 van het "vestigingsbeslxiit levensmiddelenbedrijf 1961" (Koninklijk Besluit van 31 januari 1961, Staatsblad nr. 23). Het komt ons echter niet gewenst voor, dat de definitie van "kruideniers winkels" in de verordening wordt aangepast aan hetgeen in het "vestigings besluit levensmiddelenbedrijf 1961" omtrent het kruideniersbedrijf is be paald, omdat na eventuele xvLjziging of intrekking van dit besluit in de toekomst de definitie weer gewijzigd zou moeten worden. Wij menen te moeten voorstellen het begrip kruideniersxidnkels als volgt te definiëren: "xkLnkels, waarin uitsluitend of in hoofdzaak kruideniers waren plegen te xforden verkocht", welke redactie in vele andere gemeenten in de desbetreffende verordening gebezigd xvordt. Bij mogelijke overtreding van het hiervoor bedoeld sluitingsgebod en daar op volgend proces-verbaal zal de rechter dan uitmaken, wat onder "kruide nierswaren" dient te worden verstaan. b. In artikel 3 b van voormelde verordening is de vrijstelling van halve dagsluiting voor de betrokken winkels vóór en na bepaalde feestdagen geregeld. Krachtens deze bepaling geldt de verplichting tot halve dag sluiting onder meer niet op zaterdag 30 december. Deze vrijstelling is echter overbodig, omdat ingevolge de verordening hier ter stede alleen op maandag en dinsdag een verplichte halve dag sluiting voor bepaalde categorieën winkels geldt. In artikel 3 b van de verordening zullen de woorden "op zaterdag 30 december en" derhalve geschrapt moeten worden. De Kamer van Koophandel heeft ons bij brief d.d. 15 mei j.l. laten weten, dat zij zich met ons desbetreffend voorstel kan verenigen. In verband met het voorgaande stellen wij Uxf raad voor te besluiten de ver ordening ex artikel 4 van de winkelsluitingsxfet 1951 te wijzigen conform het hierbij gaand concept.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 467