gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 17 der agenda
Bijlagen 1363
ne, 287
10 juli 1963
0S0/11292
Preadvies van Burgemeester en wethouders op
het verzoek van de voorzitter van de cursus
voor maatschappelijk werk huize "Bergen" te
Vught om een gemeentesubsidie voor liet cursus
jaar 1963/1964.
De voorzitter van de cursus voor maatschappelijk werk huize "Bergen" te Vught
heeft zich bij schrijven van 25 juni 1963 tot Uw raad gewend met het ver
zoek ten behoeve van drie Bredase leerlingen voor het cursusjaar 1963/1964
een subsidie te verlenen van 3 x 50,- is 150,-.
Met betrekking tot dit subsidie-verzoek mogen wij opmerken, dat deze cursus
ingevolge de "rijksregeling subsidiëring sociaal pedagogisch onderwijs 1961"
door het rijk wordt gesubsidieerd tot ten hoogste 70fa van de exploitatie
lasten. Zoals uit de bij het subsidie-verzoek overgelegde begroting blijkt,
tracht het bestuur het niet door rijkssubsidie gedekte deel van de kosten
te financieren met cursus- en examengelden en gemeente-subsidie.
Op grond van de navolgende argumenten heeft Uw raad in zijn vergadering van
22 augustus 1962 besloten op een soortgelijk subsidie-verzoek voor het
cursusjaar 1962/1963 afwijzend te beschikken:
a. het verzoek had betrekking op een niet-verplichte gemeentelijke bijdrage;
b. door een geringe verhoging van het cursusgeld behoeft de cursusleiding
geen beroep op de gemeentebesturen te doen (voorzover de leerlingen niet
zelf het cursusgeld kunnen betalen, kunnen deze daarvoor studiebeurzen
c.q. renteloze voorschotten aanvragen bij daarvoor in het leven geroepen
instanties)
c. in het kader van de financiële verhoudingswet 1960 achten wij het gewenst
de figuur van de niet-verplichte of niet strikt noodzakelijke subsidië
ring van scholen voor voortgezet onderwijs vooralsnog niet uit te brei
den;
d. in de wet tot regeling van het voortgezet onderwijs ("mammoetwet") is de
bepaling opgenomen, dat uit de openbare kas geen vergoeding mag worden
toegekend dan krachtens de bepalingen van die wet; daar in deze wet voor
de subsidiering van de bijzondere scholen voor voortgezet onderxxrijs door
de gemeenten geen plaats is ingeruimd, achten wij het niet gexxrenst, dat
deze scholen thans worden gesubsidieerd met de xiretenschap, dat d.eze ge
meentelijke subsidies te zijner tijd niet gecontinueerd kunnen worden.
Daar in de onder a tot en met d genoemde omstandigheden geen wijziging is
gekomen, mogen wij U voorstellen op het onderhavige subsidieverzoek voor
het cursusjaar 1963/1964 afwijzend te beschikken.
