gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 29 der agenda
Bijlagen 1963
no. 343
13 augustus 1963
OSS/13472
Voorstel van burgemeester en wethouders inzake
de bestuursvorm van de stadsschouwburg.
In de vergadering van 13 juni 1962 (bijlage 293) is besloten tot aankoop van
het gebouw Concordia.
De overdracht heeft 19 november d.a.v. plaatsgevonden.
Uw raad heeft in voormeld besluit bepaald dat het gebouw tot 1 mei 1964 zou
worden verhuurd aan de vereniging Concordia. Na die datum zal door de gemeente
in de exploitatie dienen te worden voorzien. Thans acht ons college de tijd
aangebroken Uw raad terzake een nader voorstel te doen,
In feite doen zich met betrekking tot de beheersvorm twee mogelijkheden
voor, namelijk de stichtingsvorm en de zuivere gemeentelijke schouwburg.
Na uitvoerig beraad willen wij onze voorkeur uitspreken voor de tweede vorm,
do gemeentelijke schouwburg. Hiervoor pleiten de volgende argumenten.
Vooreerst willen wij wijzen op de omstandigheid dat in Breda in de naaste
toekomst een (gemeentelijke) schouwburg, een nieuw congresgebouw met concert
zaal en het cultureel centrum De Beyerd naast elkaar een plaats moeten
vinden. Wij achten het van groot belang dat deze drie instellingen geïnte
greerd worden in een cultuurbeleid, dat bestuurlijk zoveel mogelijk vanuit
één visie wordt gedragen. Wij zijn van mening dat een natuurlijke coördina
tie bereikt kan worden indien de schouwburg een gemeentelijke wordt.
Wanneer men de schouwburg zijn functie enigszins overeenkomstig de eisen
die door de huidige omvang van de stad en zijn functie als streekcentrum
in de moderne verhoudingen worden gesteld, wil doen vervullen, dan zullen
de financiële lasten voor de gemeente onvermijdelijk zeer aanzienlijk wor
den. Aan het financieel economisch beheer dient daarom overeenkomstig aan
dacht te worden besteed. Ons college meent dat zij hierbij ten nauwste be
trokken moet zijn.
Bij ons is vervolgens de vraag gerezen of het voor vertegenwoordigers uit
de burgerij interessant kan zijn om naast de gemeenteraad, die hiertoe
primair het geëigende orgaan is, betrokken te worden bij de zuiver fi-
nancieel-economische aspecten van hot schouwburgbeheer - zeker na reali
sering van een nieuwe schouwburg. De interesse van de burgerij bij de
artistieke kanten van het schouwburgbeleid kunnen naar onze mening op
andere wijze volledig gehonoreerd worden.
Bovenstaande overwegingen pleiten voor een gemeentelijke schouwburg,
waarbij het dagelijks bestuur berust bij ons college onder verantwoorde
lijkheid van Uw raad. Het betrekken van de burgerij bij de culturele be-
leidsvoerirg, waarop wij boven doelden, kan plaatvinden in de vorm van
een raad van advies. Hierbij kan onder meer aansluiting worden gezocht
bij de groeperingen, die van oudsher ter plaatse een belangrijke rol