gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. RubriekKunst Bijlage nr. 4-59 4 september 1964 OSS/15608 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de to neelgroep Proloog. Het bestuur van de stichting Het Zuidelijk Toneel heeft aan de provincie en de vier Brabantse grote gemeenten een plan voorgelegd, voor het oprich ten van een toneelgroep met een tweeledige taak: 1. Vormingswerk voor de jeugd, met het doel belangstelling voor het to neel te wekken. Dit kan gebeuren in de vorm van lessen, voordrachten, instructieprogramma's en speelfragmenten op scholen en voor jeugdver enigingen, mitsgaders door jeugdvoorstellingen in de schouwburgen. 2. Het brengen van volwassenenvoorstellingen in die plaatsen, waar de grote toneelgezelschappen vanwege de beperkte toneelaccommodatie niet kunnen spelen. Het bestuur van de stichting Het Zuidelijk Toneel heeft de provincie en de vier gemeenten, die zich verenigd hebben in het subsidiëntenoverleg, verzocht om voor de oprichting en exploitatie van een werkgroep als bo venbedoeld de nodige middelen beschikbaar te stellen. Het subsidiëntenoverleg heeft de plannen en de opzet onderzocht en is tot de conclusie gekomen, dat de taak, waarvoor men de werkgroep - die men de toneelgroep Proloog wil noemen - in het leven wil roepen, in reële behoeften voorziet. De organisatorische en financiële opzet wordt aan vaardbaar geacht. Het subsidiëntenoverleg heeft dan ook besloten gunstig te adviseren. Voor de bepaling van het standpunt van Breda hebben wij de belangstelling die hier ter stede voor het vormingsprogramma bestaat een belangrijk gegeven geacht. Bij de ter visie gelegde stukken is een overzicht ge voegd, waaruit blijkt, dat er in Breda een concrete en zeer bevredigende belangstelling voor deze activiteiten bestaat. Het ligt in de bedoeling de toneelgroep Proloog in een nieuwe stich ting onder te brengen, teneinde vermenging van de financiën van Ensemble en Proloog te voorkomen. De leiding wordt in handen gelegd van een functionaris, die de werkgroep zelfstandig leidt en niet in hiërarchisch verband staat tot de directeur van Ensemble. De groep zal voorts be staan uit een oudere actrice en een oudere acteur, twee tot vier jonge actrices en acteurs en een technisch medewerker. Als plaats van vesti ging wordt gedacht aan de stadsschouwburg te Eindhoven. Een gedetailleerd werkprogramma alsmede een begroting zijn ter inzage gelegd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 1096