gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Rubriek: diensten en bedrijven Bijlage nr. 499 2 oktober 1964 F/15159 Voorstel van burgemeester en wethouders tot aanwijzing van de gemeentelijke sociale dienst als tak van dienst, bedoeld in artikel 252 der gemeentewet, en tot vaststelling van de "verordening op het beheer van de gemeentelijke sociale dienst". De inkomsten en uitgaven, voortvloeiende uit de uitvoering van de armen, et, komen tot dusverre tot uitdrukking in de gemeentelijke administratie via de subsidiepost aan de burgerlijke instelling voor maatschappelijke zorg (volgnummer 646 van de begroting 1964). Op deze post wordt n.l. het totale nadelige saldo van de instelling verantwoord. Als gevolg van de invoering van de algemene bijstandswet per 1 januari a.s. waaromtrent wij IJ adviseerden in ons voorstel d.d. 3 juli j.l. (bijlagen 1964, no. 335) zullen alle ontvangsten en uitgaven, welke tot nu toe in de admini stratie van de burgerlijke instelling worden verantwoord, via de administratie van de algemene dienst gaan lopen, tenzij hiervoor door Uw raad krachtens artikel 252 van de gemeentewet een bijzondere regeling wordt getroffen. Deze bijzondere regeling bestaat hierin, dat de gemeentelijke sociale dienst ook administratief als een zelfstandig lichaam wordt aangemerkt. Tot dusverre bestaat de situatie, dat de dienst administratief nog als onderdeel van de algemene dienst geldt, doch in zijn werkzaamheden reeds als afzonderlijk van de algemene dienst wordt beschouwd. Dit laatste kont tot uitdrukking in het hebben van een eigen directeur en een eigen kas. De eigen aard van de werkzaamheden, alsmede de omvang, welke deze hebben gekregen, rechtvaardigen onzes inziens ten volle het volledig administratief zelfstandig maken van de dienst. In het kort samengevat behelzen deze werk zaamheden: a. het dienen van advies aan ons college inzake maatschappelijke en sociale aangelegenheden b. het verrichten van werkzaamheden voor het college van de bijstand, als bedoeld in artikel 72 van de algemene bijstandswet 5 c. het verrichten van andere aan de dienst opgedragen werkzaamheden (zoals bijvoorbeeld de uitvoering van de woonruimtewet) De instelling tot afzonderlijke tak van dienst, bedoeld in artikel 252 der gemeentewet, heeft tot gevolg, dat de inkomsten en uitga ven afzonderlijk bij de dienst worden geadministreerd en in de alge mene dienst per saldo worden verantwoord, waardoor administratief on nodig werk wordt voorkomen (geen boeking meer bij de algemene dienst en bij de sociale dienst) en toch een goed inzicht wordt verkregen in de jaarlijks weerkerende kosten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 1199