bij bijlage nr. 499
-2-
middelen.
Artikel 7
Ten behoeve van de dienst kan een rekening bij de postcheque- en girodienst
worden geopend, waarover de administrateur zelfstandig per giro en per
cheque kan beschikken met inachtneming van de navolgende bepalingen:
Het gebruik van cheques aan toonder is verboden. Cheques op naam mogen
slechts worden gebezigd, indien zij dienen voor betaling uitsluitend aan
niet bij postcheque- en girodienst aangeslotenen.
Artikel 8
Alle ontvangsten en uitgaven worden uitsluitend geïnd, respectievelijk
betaald, door de gemeente-ontvanger, met dien verstande, dat het innen
van ontvangsten van en het doen van betalingen aan - behalve de salaris
betalingen - natuurlijke personen geschieden via de kas of de girorekening
van de dienst.
Artikel 9
Tussen de gemeente en de dienst wordt een rekening-courant geopend. Over
de saldi in rekening-courant wordt rente berekend naar door burgemeester
en wethouders vast te stellen percentages.
De verstrekking van gelden voor aanvulling van de kas of bijschrijving
op de girorekening van de dienst ten laste van de rekening-courant ge
schiedt door de gemeente-ontvanger, zonder bevelschrift op een schrifte
lijke aanvrage van de administrateur, voor akkoord getekend door de di
recteur van de dienst, die hiervan aantekening houdt.
Artikel 10
De kas van de dienst mag aan het einde van iedere werkdag niet meer bevatten
dan 10.000,-; het tegoed op de girorekening van de dienst mag niet hoger
zijn dan 10.000,-. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd genoemde be
dragen te wijzigen.
De bedragen, waarmede bedoelde maxima irorden overschreden worden uiter
lijk op de volgende werkdag aangewend voor het doen van betalingen, c.q.
geplaatst bij de gemeente-ontvanger of bij een door hem aan te wijzen
instelling.
Artikel 11
1De gemeente verstrekt aan de dienst de nodige geldmiddelen ter finan
ciering van kapitaalsuitgaven.
2. De door afschrijving vrijgekomen 'middelen worden aangewend tot aflossing
op het verstrekte kapitaal.
3. De door vervreemding van bezittingen of op andere wijze verkregen midde
len - anders dan door afschrijving - worden in de eerste plaats aange
wend tot buitengewone aflossing op het verstrekte kapitaal; Indien en
voor zover deze middelen de boekwaarde van de betreffende bezittingen
overtreffen wordt het verschil aangewend tot vorming van vrij kapitaal
bij de gemeente.
4. De raad bepaalt, gelijk met het voteren van gelden voor uitgaven, welke
op de kapitaaldienst worden verantwoord, het bedrag, dat jaarlijks op
de vaste activa wordt afgeschreven.