bij bijlage nr. 511
-3-
7a. Roerend goed
Deze post betreft meubilair onder meer afkomstig van de inboedels
van overleden personen, die tijdens hun leven bijstand ontvingen.
Gezien de betrekkelijke geringe waarde wordt dit bezit als pro memorie
op de balans vermeld.
II.Passiva
8. De kapitalen onder last vermaakt zijn:
a. schenking van mej. De Maak met als voorwaarde de uitkering (levens
lang) aan mej. D.J'anssen van 1,- per dag.
De rente van het kapitaal is ontoereikend, zodat geleidelijk het
kapitaal wordt ingebrokkeld. Rechthebbende is thans 62 jaar oud;
het kapitaal was op 31 december 1963 5.208,24;
b. schenking met als voorwaarde de uitkering van de rente ad 63,68
per jaar (3"gf2) een tweetal weduwen, een de r.k. godsdienst be
lijdende, één van protestantse huize.
De last die op deze beide kapitalen rust zal door de gemeente moeten
worden overgenomen.
9 en 10. Reserve voor afschrijving' op voorschotten en schuld aan de gemeente
Deze beide posten vormen samen de tegenwaarde van het saldo voorschotten
(zie post 5).
De schuld aan de gemeente is in feite het teveel genoten subsidie (dekking
van het exploitatietekort) tengevolge van verleende voorschotten in enig
jaar welke in latere jaren geleidelijk worden terugbetaald.
11Saldo van de kapitaaldienst
Het saldo per 31 december 1963 is als volgt te specificeren:
saldo op 1 januari 1963 116.360,44
kapitaalsuitgaven in 1963 149.524,57
265.885,01
kapitaalsontvangsten in 1963 - 131.516,94
Saldo op 31 december 1963 134.368,07
III. kapitaal
Na het aanbrengen van de hiervoor bedoelde correcties bedraagt het kapitaal
per 31 december 1963 dus 397.167,09 (behoudens koersverlies effecten).