gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgnr. 48 der agenda
Bijlagen 1964
VERBETERD EXEMPLAAR
nr. 54
15 januari 1964
P/267
Preadvies van de burgemeester naar aanleiding
van een schrijven van gedeputeerde staten van
Noord-Brabant inzake de bezoldiging van de
wethouders
Gedeputeerde staten van Noord-Brabant hebben een schrijven dd. 24 december
1965 aan de gemeentebesturen gezonden, waarin zij als hun mening te ken
nen geven, dat sinds de laatste aststelling van de wedden van de wethouders
in deze provincie zich op dit gebied in den lande een ontwikkeling heeft
voorgedaan, op grond waarvan deze wedden dienen te worden herzien. Volgens
een ontwerpbesluit zal de bezoldiging van de wethouders van Breda op
1 januari 1963 20.100,- per jaar bedragen.
Krachtens artikel 100 van de gemeentewet genieten de wethouders een jaar
wedde, die door gedeputeerde staten, nadat de raad is gehoord, wordt vast
gesteld, onder goedkeuring van de Kroon.
Er is naar mijn oordeel geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Wel
komt het mij dringend noodzakelijk voor gedeputeerde staten te verzoeken
de bezoldiging wegens de algemene loonontwikkeling per 1 januari 1964 te
verhogen.
Ik moge U in overweging geven gedeputeerde staten het in de vorige alinea
gestelde ter kennis te brengen.
De burgemeester van B7:eda,
R. Geuljans.
Ligt ter visie in de raadzaal.