gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Rubriek: onderwijs
Bijlage nr. 575
2 november 1964
Voorstel van burgemeester en wethouders met
OSO/19473 betrekki ng tot de schoolmelkvoorziening.
In verband met het op 1 januari 1964 vervallen rijkssubsidie in de kosten
van schoolmelk voor de leerlingen van de kleuter- en lagere scholen
heeft Uw raad in zijn vergadering van 14 januari 1964 (bijlagen 1964,
r.o. 27 besloten, er mede akkoord te gaan, dat voor 1964 de navolgende
gemeentesubsidies voor schoolmelk werden verleend:
a. voor scholen voor kleuteronderwijs, g.l.o., v.g.l.o. enb.l.o.;
eenzelfde bedrag ais door het centraal schoolmelk-comité beschikbaar
wordt gesteld, verhoogd met een bedrag ad 0,06 per liter melk wegens
het vervallen van hat rijkssubsidie;
b. voor de scholen voor voortgezet onderwijs: eenzelfde bedrag als door het
centraal schoolmelk-comité beschikbaar wordt gesteld.
In ons voorstel aan Uw raad dd, 8 januari 1964 (bijlagen 1964, no. 27) heb
ben wij U toegezegd, in 1964 de landelijke ontwikkeling met betrekking tot
de schcolmelk-subsidiëring te volgen en U - voor zover noodzakelijk is -
voor 1965 en volgende jaren een eventueel gewijzigd standpunt ter beslis
sing voor te leggen.
Met betrekking tot do landelijke ontwikkeling en de plaatselijke situatie
inzake de schoolmelkvoorziening kannen wij U het navolgende mededelen:
a.' uit ingewonnen inlichtingen is ons gebleken, dat ter zake van het al
of niet verhogen van de gemeente-subsidies - tengevolge van het ver
vallen rijkssubsidie - geen eensluidendheid bestaat bij de Nederlandse
gemeenten;
b. vergeleken met 1955 is het aantal Bredase scholen, dat aan de school
melkvoorziening in 1964 deelneemt constant gebleven op 10 scholen,
nl. 4 kleuterscholen, 5 b.l.o.scholen, 1 u.l.o.school en 2 huishoud
scholen;
c. op verschillende scholen (vooral de b.l.o,scholen) voorziet het melk-
drinker. tijdens de middagpauze in een grote behoefte; het lijkt ons
niet gewenst, dat door eon verhoging van de ouderbijdrage - welke het
gevolg zou zijn van oen verlaging van het gemeentesubsidie - het risico
wordt gelopen, dat een of meerdere scholen zich genoodzaakt zouden
zien niet langer deel te nemen aan de schoolmelkvoorziening.
Gezien hot feit, dat in de plaatselijke situatie met betrekking tot de
schoolmelkvoorziening in 1964 geen wijziging is gekomen en zich in de
landelijke ontwikkeling geen vaste lijn heeft afgetekend, achten wij het
reëel,dat door Uw raad voor 1965 en volgende jaren ter zake van de
schoolmelksubsidibring eenzelfde praktisch standpunt wordt ingenomen,
als is neergelegd in Uw besluit dd. 14 januari jl, voor 1964.