gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno11 der agenda
bijlagen 1964
no. 69
4 februari 1964
V/22061
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
verhoging van het krediet voor de doortrek
king van de Claudius Prinsenlaan.
In Uw vergadering van 11 januari 1961 is overeenkomstig ons voorstel bij
lagen 1961, no. 4 besloten tot doortrekking van de Claudius Prinsenlaan
tot aan IJpelaar met bijkomende werken.
Voor dit doel werd ten laste van de gemeentebegroting 1961 een krediet
verleend van 915.120,- t.w. 632.000,- geraamde kosten van de uit te
voeren werken en 283.120,- voor de ondergrond van de weg. Op 16 mei
1962 is overeenkomstig ons voorstel, bijlagen 1962 no. 227 besloten
om 116.840,- meer beschikbaar te stellen door een verhoging met
224.744,- ten laste van de begroting 1962 van het grondbedrijf en een
verlaging met 107.904,- ten bate van de gemeente-begroting 1962.
Beide totaal bedragen hebben gedeputeerde staten der provincie Noord-
Brabant goedgekeurd respectievelijk op 16 augustus 1961 en 13 juni 1962.
Van het totaal krediet van 1.031.960,- 915.120,- 116.840,-) is
247.260,- bestemd voor de verwerving van de ondergrond van de Claudius
Prinsenlaan en 21.000,- voor de aanleg van de groenstroken, zodat voor
de wegaanleg ca resteert 763.700,-.
Doordat enkele onvoorziene werkzaamheden moesten worden uitgevoerd zal dit
bedrag met 71.766,- worden overschreden.
1Het zandpakket onder de bovengrond van de geprojecteerde Claudius
Prinsenlaan bleek een ontoelaatbaar hoog percentage zeer kleine minerale
deeltjes te bevatten. In verband met een vorstbestendige opbouw van
het weglichaam was het noodzakelijk grondverbetering toe te passen. De
kosten hiervan bedragen 43.140,-.
2. Vanwege de hoge grondwaterstand en de genoemde gesteldheid van de onder
grond was het niet mogelijk om zonder extra voorzieningen zoals o.a.
stapelzoden, het evenwicht van de taluds van een gedeelte van de ge
graven sloten te verzekeren. De meerkosten hiervan belopen 22.126,-.
3. Ten behoeve van de ontwatering van de aangrenzende groenstroken moeten
extra voorzieningen worden getroffen waarvan de kosten 2.000,- be
dragen. Door het hoge slibgehalte van de ondergrond zakt het hemel
water namelijk niet voldoende snel weg.
4. De noordelijke rijbaan van de Claudius Prinsenlaan werd begin maart
1963 voor het verkeer in beide richtingen vervroegd opengesteld. Voor
deze openstelling moesten als gevolg van de strenge vorst, diverse
extra werkzaamheden worden verricht, o.a. het ijsvrijmaken van het
wegdek, het maken van een zandcunet voor het bestraten van een door
gang in de tot op grote diepte bevroren grond in de middenberm en het