-5-
ProfSimons- een der door het bestuur aangehaalde sprekers die geacht mag
worden voortdurend op de bres te staan voor de belangen van het particuliere
initiatief en door ons in de onderhavige kwestie.meerdere malen is geraad
pleegd. -, heeft ec-n duidelijk, hier van belang zijnd onderscheid gemaakt.
Wij citeren:
"Verschillende subsidies hebben een eindvorm bereikt; de overheid eikent
dan, dat zich in het maatschappelijk leven een taak op bevredigende wijze
verrichtende instellingen en organisaties hebben ontwikkeld in overeen
stemming met de geestelijke inslag van de bevolking en dat hij er zich-
zelve van moet onthouden de taken, die door die instellingen worden
vervuld tot de hare te maken.
Dan is een eindstadium bereikt.
Er zijn ook andere gevallen van subsidies, waar nog slechts van een
voorlopig stadium sprake is, waar nog gezocht en getast wordt; gevallen
waarin de overheid misschien door particuliere instellingen ertoe
wordt overgehaald enige steun te verlenen, en wellicht na enige tijd tot
de conclusie komt in het belang der bevolking de bewuste taak toch zelf
ter hand te moeten nemen, ofwel door stimulering van andere groepen van
de bevolking,deze ertoe te moeten brengen een soortgelijke taak op zich
te nemen.
Als het voorlopige stadium nabij is of het eindstadium al eerder is be
reikt, dan is er alle reden om rechtsbescherming te geven aan degenen,
die langs de weg van subsidiëring voortdurend in contact worden gebracht
met de overheid".
Bij de stichting Bredase muziek- en balletschool doet zich naar onze
overtuiging het geval voor dat het eindstadium nog niet was bereikt. Het
lag geheel in de lijn van de ontwikkeling dit onderwijs op moderner leest
te schoeien en zulks met groter invloed van de gemeentelijke overheid dan
het stichtingsbestuur wilde aanvaarden.
Strikt coöptatiestelsel in de ontwikkeling van de huidige samenleving
Zoals wij boven reeds hebben vermeld, hadden wij de overtuiging dat het be
stuur van de stichting begrip zou tonen voor en zou medewerken aan een
structuur, die aangepast is aan de evolutie in het muziekonderwijs. Ons
college was dan ook ten zeerste teleurgesteld toen het moest constateren
dat wij geen begrip hiervoor vonden. Onze pogingen tezamen met het stich
tingsbestuur tot een synthetische beleid te komen ondervonden zoveel weer
stand dat if ij deze moesten opgeven. Ons besluit Uw raad daarom voor te
stellen het subsidie aan. de stichting te beëindigen, namen wij dan ook
met de rug tegen de muur. Mede in het licht van de verdiensten die de
stichting zich in het verleden heeft verworven voor het muziekonderwijs
in de stad, stond ons steeds niet de liquidatie doch een structuurwijzi
ging voor ogen, waarbij de traditionele betrokkenheid van particulieren
bij de leiding' hiervan zoveel mogelijk tot zijn recht zou komen.
Bepalend voor ons beleid in deze is geweest de plaatselijke situatie
gezien tegen de landelijke evodutie op het gebied van muziekonderwijs.
Ons voorstel is niet voortgesproten uit gebrek aan waardering voor de
werkzaamheden van het bestuur in vroeger jaren, gezien in het licht van
de bestaande mogelijkheden, waarbij gewezen kan worden op de onvoldoende
huisvesting en de niet aangepaste salariëring. Objectief gezien bleef
het muziekonderwijs achter. De overgang van de muziekschool oude stijl
naar een muziekschool, aangepast aan hedendaagse opvattingen, vroeg ons
inziens ook wijziging van de constellatie. Wij meenden en menen nog dat
de behartiging van het muziekonderwijs in het licht van nieuwe opvattingen
met zich mee moet brengen dat dit onderwijs met alle redelijke garanties
omgeven moet worden en dat een bestuursvorm, waarbij het bestuur zichzelf