gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
volgno. 64 der agenda
Bijlagen 1964
No. 122
12 februari 1964
AZ/2364
Voorstel van burgemeester en wethouders om
over te gaan tot aanwijzing van een lid en
een plaatsvervangend lid van de contactraad
van de stichting Welvaartsbevordering
west-Brabant
In Uw vergadering van 15 januari j.l. werd de beslissing op ons voorstel
om tot aanwijzing van een lid en een plaatsvervangend lid van de contactraad
van de stichting Welvaartsbevordering West-Brabant over te gaan aangehouden
voor nader beraad.
Enkele sprekers meenden, dat bij deze aanwijzing rekening zou moeten worden
gehouden met de uiteindelijke samenstelling van de gehele contactraad. In
de contactraad zouden de verschillende politieke partijen vertegenwoordigd
moeten zijn.
V/ij hebben voor ter visie gelegd een overzicht van de leden en de plaats
vervangende leden van de contactraad, die reeds door de raden van andere
gemeenten zijn aangewezen. Uit dit overzicht blijkt dat nog slechts weinig
leden en plaatsvervangende leden zijn aangewezen. De reden hiervan is dat
vele vergaderingen van de andere gemeenteraden eerst in de tweede helft van
februari worden gehouden.
Te Uwer informatie willen wij nog vermelden, dat in het dagelijks bestuur
van de stichting Welvaartsbevordering West-Brabant is afgesproken, dat een
burgemeester lid van de contactraad, die gekozen wordt tot lid van het be
stuur, in de contactraad niet zal worden vervangen.
Inmiddels hebben wij van het bestuur van de stichting Welvaartsbevordering
West-Brabant een schrijven ontvangen waarin zij mededelen, dat zij voor
nemens zijn de installatie van de contactraad te doen plaats hebben op
woensdag 4 maart a.s..
Wij stellen Uxv raad daarom nogmaals voor uit Uw midden een lid en een
plaatsvervangend lid van de contactraad van de stichting Welvaartsbevordering
West-Brabant aan te wijzen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Geuljans
burgemeester.
Van Woensel
secretaris.
