gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. bijlage no. 180 9 april 1964 V/717 Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van het uitbreidingsplan in onder delen "Hoge Vucht (ged. Biescbnk)". In de raadzaal is voor Uw raad ter visie gelegd het ontwerp-uitbreidingsplan in onderdelen "Hoge Vucht (ged. Biesdonk)" met de daarbij behorende stukken. Dit uitbreidingsplan heeft met ingang van 13 december 1963 gedurende vier weken ter inzage gelegen. Deze ter visie legging is op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen bekend gemaakt en bovendien aangekondigd in de plaatse lijke dagbladen "De Stem" en "De Bredasche Courant". Tegen het ontwerp-plan is binnen de voorgeschreven termijn een eveneens voor U ter visie gelegd bezwaarschrift ingekomen van P.A.Snijders, Terheijdenseweg 300 te Breda. Aangezien het naar aanleiding van zijn bezwaren ingestelde onderzoek nog niet beëindigd was, heeft U - conform ons voorstel - in Uw vergadering van 11 maart j.l. besloten Uw beslissing inzake de vaststelling van dit uitbreidingsplan voor ten hoogste drie maanden te verdagen. Op de voor U ter visie gelegde tekening no. 34241 A is het perceel G. no,190, groot 11570 m2, waarop de bezwaren van Snijders betrekking hebben en dat hij in eigendom heeft bezeten, gekleurd aangegeven (geel: bestemming "opout en speeldoeleinden"rood: ontwerpbestemming "boomkwekerij"; blauws bestem ming "passieve recreatie"). De bezwaren van de heer Snijders, voorzover in deze van belang, komen op het volgende neer. Bij notariële akte van 9 oktober 1963 is door de gemeente in het belang van de volkshuisvesting het gehele agrarische bedrijf van reclamant, met inbegrip van bovengenoemd perceel G. no. 190, met een totale oppervlakte van 7.00.45 ha aangekocht resp. uit de pacht genomen. De koopsom en de schadeloosstelling voor de uit de pachtneming bedroegen 330.000,-. Boven dien was overeengekomen, dat verkoper de woning Terheijdenseweg 300, staande op perceel G. no. 190, nog gedurende een jaar na de datum van het notarieel transport gratis mocht blijven gebruiken. Het perceel G. no. 190 was toen en is nog in het geldende uitbreidingsplan "Hoge Vucht" in zijn geheel voor "sport- en speeldoeleinden" bestemd, met uitzondering van een strook langs de Terhoijdenseweg aangewezen voor "passieve recreatie". Snijders heeft er bezwaar tegen dat thans in het voorliggende ontwerp-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 425