gemeente Breda Bij bijlage no. 223 sub IVe verzamelstaat Toelichting behorende bij het voorstel bijlagen no. 223/1964 (ruiling van grond gelegen aan de Haagweg met A. Rovers) A. Rovers, wonende Haagweg 95 te Breda, is bereid met de gemeente de navolgende ruiltransactie aan te gaan: a. Rovers draagt aan de gemeente in eigendom over het perceel kadastraal bekend gemeente Breda sectie E, no. 4221, groot 94 m2, met de zich hierop bevindende winkelwoning Haagweg 95. Dit perceel is gelegen in het gebied van de bebouwingsverordening Heuvel, gedeelte Vestkant en omgeving, met de bestemmingen openbare weg en woningbouw en opgenomen in de lijst be horende bij het onteigeningsplan "Vestkant"; b. de gemeente draagt aan Rovers in eigendom over het perceel bouwterrein, gelegen aan de Haagweg, kadastraal bekend gemeente Breda sectie E, no. 1176, groot 126 m2 en gelegen in het gebied van de bebouwingsverordening Heuvel, gedeelte Vestkant en omgeving met de bestemming winkelbouw. De gemeente betaalt aan Rovers een toegift, groot 62.300,- welk bedrag als volgt kan worden verantwoord. Rovers, die invalide is, exploiteert in het pand Haagweg 95 een sigaren- en sigarettenzaak, welke hij in verband met zijn huidige cliëntenkring in deze omgeving wil behouden. De mogelijkheid hiertoe is gevonden in het vervangende terrein, waarop een winkelwoning mag worden gebouwd. Ruiling van grond zal "om niet" geschieden, terwijl de totale bouwkosten van het nieuwe object door de gemeente worden vergoed, aangezien de huidige winkel-woning eerst in 1953 is gebouwd en dus nog praktisch nieuw is. Deze bouwkosten zijn berekend op (inclusief architectenhonorarium) 51,660,- Verhuis- en verplaatsingskosten 1.650,- De vergoeding wegens blijvende derving van inkomsten 9.000.- Totale vergoeding 62.310,- of afgerond 62.300,-. Rovers mag het pand Haagweg 95 nog gedurende één jaar na de datum van het verlenen van de bouwvergunning voor het bouwen van een nieuwe winkel-woning op het perceel E, no. 1176, blijven gebruiken tegen betaling van een maande lijkse vergoeding van 30,-. Indien op het tijdstip van de aanbesteding van het nieuwe pand de stich- tingskosten van nieuwbouw hoger zijn dan thans voor herbouw zijn berekend, zal de gemeente de meerkosten aan Rovers vergoeden. Of de kosten al dan niet gestegen zijn en zo ja, hoeveel de stijging be draagt, zal worden vastgesteld aan de hand van het indexcijfer voor bouw kosten van het centraal bureau voor de statistiek. Onder de stichtingskosten dient te worden verstaan de aannemingssom, ver meerderd met het architectenhonorarium, de legeskosten, de meer- en minder- werkrekening, doch niet de waarde van het bouwterrein

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 525