gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 225 dd. 24 april 1964 nr. V/7613 Algemeen De noodzaak om door het uitvoeren van de hoogspoorwerken in deze gemeente te eniger tijd te komen tot opheffing van een aantal spoorwegkruisingen is al jaren geleden door het gemeentebestuur onderkend en ook door de directie van de Nederlandsche Spoorwegen, de rijkswaterstaat en het provin ciaal bestuur bevestigd. Bedoelde kruisingen in belangrijke wegen zowel voor het lokaal verkeer tussen de stadsdelen zuidelijk en noordelijk van de spoorlijn, als voor de intercommunale verbindingen, veroorzaken een zo ernstige belemmering en stagnatie voor het verkeer en de bewoners van de wijken boven de spoor lijn dat hiertegen al sinds jaar en dag van alle zijden is geopponeerd. De stadsuitbreiding in noordelijke richting, aanvankelijk nog alleen be staande in de Belcrumpolder, is na de oorlog gevolgd door respectievelijk Linie, Doornbos en de Hoge Vucht. Vooral in laatstgenoemd uitbreidingsplan is een stadswijk van grote omvang en betekenis in wording. Daarbij nog gevoegd de geconcentreerde industriële bedrijvigheid in het zich gestadig uitbreidende industriegebied "De Krogten", geeft het geheel reeds een uitermate sterk argument voor een goede en vooral niet gestagneerde con nectie tussen de beide stadsdelen. Daarenboven zal ook het intercommunale verkeer gebaat zijn met opheffing van de gelijkvloerse kruisingen. In 1961 is door de sociografische dienst dezer gemeente een rentabiliteitsberekening hoogspoor samengesteld, of zoals het rapport aangeeft: een benadering van de financiële gevolgen van het sluiten der overwegen. Naar de tellingen per 30 juni 1961 van de sluitingstijden der overwegen en het verkeer ter plaatse zijn de op bladzijde 7 vermelde conclusies getrok ken. Wij mogen daarnaar verwijzen, doch hier reeds releveren dat de gekapi taliseerde sociale kosten van het wachten van auto's toen zijn berekend op 20.000.000,- oplopend tot 40 a 60 miljoen in 1970. Het verschillende omstandigheden aldaar genoemd is dan nog geen rekening gehouden. De tellingen zijn verricht bij de overwegen aan de Belcrumweg en de Vuchtstraat. Hierlangs passeerde namelijk tijdens de bouw van de spoor wegonderdoorgang Terheijdenstraat - Terheijdenseweg nagenoeg alle ver keer van zuid naar noord v.v.. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aangaan van een overeenkomst met de N.V. Nederlandsche Spoorwegen inzake de uitvoering van het hoogspoorplan en het beschikbaar stel len van een krediet voor de daaruit voort vloeiende kosten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 531