gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 290 1 juni 1964 OSS/9948 Schrijven van burgemeester en wethouders over de muziekschool. Op 26 mei 1964 werd het volgende schrijven ontvangen van de minister van binnenlandse zaken. Aan de raad der gemeente Breda, Gemeentehuis Breda. Uw brief van 24 februari 1964 afd. P.B.E. nr. F64/327 Nr. OSS/3059 s-Gravenhage22 mei 1964 Onderwerp: subsidiëring stichting Bredase muziek- en balletschool. "Naar aanleiding van Uw nevenvermelde brief deel ik U mede, dat ik heden "aan het bestuur van de Stichting "Bredase Muziek- en Balletschool" heb "bericht geen termen aanwezig te achten om Uw besluit van 14 november "1962, onder meer betreffende de subsidiëring van genoemde stichting, ter "vernietiging aan Hare Majesteit de Koningin voor te dragen. Het bestuur "van de stichting heeft nog mijn aandacht gevraagd voor een ter zake van "het nog omstreden punt van de benoeming van de directeur der school door "de heer Mr. J.H.Jacobs voorgesteld compromis. "Het zou mij bijzonder verheugen, indien te dezer zake alsnog een oplossing "zou worden gevonden, waardoor het voortbestaan van de school zou kunnen "worden verzekerd. Ik meen mij echter thans van verdere bemoeiingen met "deze aangelegenheid te moeten onthouden". De minister van binnenlandse zaken, w.g, Toxopeus. Van het door de heer Mr, J.H.Jacobs voorgestelde compromis geven wij onder staand de volledige inhoud weer. "a) Het bestuur zal bestaan uit 5 leden, waarvan 2 leden worden benoemd door de gemeenteraad. "b) Voor alle 5 de leden worö.t een rooster van aftreden gemaakt, terwijl een leeftijdsgrens wordt ingevoerd. "c) In vacatures, ontstaan door aftreden van door de gemeenteraad benoemde leden, voorziet de gemeenteraad. In vacatures, ontstaan door aftreden van de 3 andere leden, voorziet het gehele bestuur.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 700