-3- de stichting berichten dat de huur per 31 augustus 1964 wordt beëindigd. ad c) Dit punt behoeft geen verdere toelichting. ad d) De mededeling van de minister maakt het mogelijk uitvoering te geven aan Uw besluit een gemeentelijke muziekschool op te richten. Wij hebben het bestuur van de stichting uitgenodigd voor een gesprek, omdat wij het op prijs stelden Uw raad tegelijkertijd te informeren over een overgangs regeling. De door ons voorgestelde datum van 1 juni 1964 convenieerde enkele leden niet en het bestuur heeft ons bericht eerlang op een en ander terug te komen. Op de begroting 1964 is onder volgno. 580a een stelpost opgenomen, die het mogelijk maakt de gemeentelijke school te beginnen. Zo spoedig moge lijk zullen wij U een uitgewerkte begroting voorleggen. Het name vraagt aandacht de benoeming van directeur, leerkrachten, huisvesting en de taak en samenstelling van een commissie van toezicht. Volledigheids halve vermelden wij dat in het raadsbesluit van november 1962 is gesteld, dat de leerkrachten, verbonden aan de stichting, in beginsel een aanstel ling kunnen krijgen bij de gemeentelijke school. Op 4 maart 1963 heeft een eerste gesprek plaats gevonden met de "vereniging van leerkrachten aan de stichting Bredase Muziek- en Balletschool", waarbij een toelich ting werd gegeven op dit standpunt. Bij schrijven van 19 maart 1963 heb ben de leerlrrachten zich bereid verklaard in dienst van de gemeente te treden indien de noodzaak zich voordoet, "ij zullen thans opnieuw met hen in overleg treden. Ons college stelt zich voor uitvoering te geven aan het besluit van Uw raad van 14 november 1962 tot oprichting van een gemeentelijke muziek school. Burgemeester en wethouders van Breda, Geuljans burgemeester. Van Woensel secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 702