gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
3 juni 1964
v/22135
Bijlage nr. 296
Voorstel van burgemeester en wethouders tot vast
stelling van het uitbreidingsplan in onderdelen
"Princenhage-Noord 1963" met de daarbij behorende
bebouwingsvoorschriften
In de raadzaal is voor U ter visie gelegd het uitbreidingsplan "Princenhage-
Noord 1963" met de daarbij behorende bebouwingsvoorschriften en toelichting.
Dit plan is voor het grootste gedeelte een herziening van het uitbreidings
plan in onderdelen "Princenhage-Noord" en voor het overige een herziening
van het uitbreidingsplan in onderdelen "Princenhage-Noord 1962". Het om
vat het gebied gelegen tussen de Ettensebaan enerzijds en de Liesbosstraat
en de Haagweg anderzijds, alsmede een strook grond ten noorden van het
kruispunt Ettensebaan - Liesboslaan.
In de toelichting zijn nadere gegevens vermeld.
Met ingang van 23 april 1964 heeft gedurende vier weken dit plan in ont
werp ter gemeentesecretarie voor eenieder ter inzage gelegen.
Deze ter visie legging is op de gebruikelijke wijze aan de ingezetenen bekend
gemaakt en aangekondigd in de plaatselijke dagbladen "De Stem" en "De
Bredasche Courant".
Van de geboden gelegenheid om bezwaren in te dienen is geen gebiuik gemaakt.
Wij stellen U daarom voor:
I. in te trekken met ingang van de dag waarop het uitbreidingsplan "Princen
hage-Noord 1963" rechtskracht zal hebben verkregen:
a. het uitbreidingsplan "Princenhage-Noord" en
b. het uitbreidingsplan "Princenhage-Noord 1962"
beide voor zover in resp. bruine en groene kleur aangegeven op de voor
U ter visie gelegde tekening no. 32104;
II. vast te stellen het uitbreidingsplan in onderdelen "Princenhage-Noord
1963", zoals is aangegeven op de voor U ter visie gelegde kaart no. 34475,
met de daarbij behorende bebouwingsvoorschriften en toelichting;
III. de "schadevergoedingsverordening gemeente Breda" op dit uitbreidingsplan
van toepassing te verklaren;
IV. ons te machtigen om enig onderdeel van de grens, de richting of het
profiel van een straat nader vast te stellen en dienovereenkomstig
de vorm der bouwblokken te wijzigen, wanneer bij definitieve uitmeting
blijkt dat enige afwijking van ondergeschikte betekenis tot aanpassing
van het plan aan het terrein of bouwplan noodzakelijk is.
Een ontwerp-besluit is voor U eveneens ter visie gelegd.