bijlage nr. 298 -2- in de belastingverordening niet nader mag worden omschreven. Het ont breken van afdoende regelen in de verordening werkt belastingontduiking in de hand. Van vele als waakhond aangegeven honden mag verondersteld worden dat zij in werkelijkheid, luxe honden zijn, doch als zodanig worden aangegeven omwille van een aanmerkelijk verschil in belasting tussen beide categorieën honden. Nu het door de wetgever bedoelde onderscheid geleidelijk aan vervlakt is lijkt het niet gewenst het verschil in de belastingtarieven in gelijke mate te handhaven. Wij zijn daarom van oordeel, dat - mede in aanmerking genomen de in met Breda vergelijkbare gemeenten geldende tarieven - een wijziging van het tarief voor het houden van. waakhonden en honden ten dienste van de landbouw of enig bedrijf, van 2,50 per jaar en per hond in 7,50 verantwoord is. Als gevolg van de voorgenomen tariefswijziging kan een meeropbrengst woraen geraamd van 18.000,-; de totale opbrengst wordt dan 43.000,-. Als datum van ingang voor de geadviseerde tariefsverhoging ware te stellen 1 januari 1965, aanvang van het nieuwe belastingjaar'. Wij hebben de eer U voor te stellen de verordening op de heffing en invordering van de belasting op honden te wijzigen zoals in bijgaande ontwerp-verordening is aangegeven. Een exemplaar van de huidige verordening, waarin met rood de voorge stelde wijziging is aangebracht, wordt ter verduidelijking hierbij overgelegd Een eventueel afwijkend advies van de uit Uw raad gevormde afdeling voor de financiën zal U nog nader worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda Geuljans burgemeester Van Woensel secretaris Ligt ter visie in de raadzaal.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 726