gemeenie Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 321
8 juni 1964
Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijzi-
p/10312 ging van de bezoldigingsregeling ambtenaren 1961.
(Salarissen beroepsbrandweer, ingaande 1 januari 1962
en 1 januari 1963)
I. In zijn voor U ter inzage gelegde circulaire van 5 september 1963, nr.
AB63/IJ 1718 x) stelt de minister van binnenlandse zaken de gemeentebe
sturen ervan in kennis, dat hij een beslissing heeft genomen inzake eon
reeds jaren gevraagde verhoging van de salariëring van het rijksbrandweer-
personeel, in dier voege, dat een herziening zal worden bevorderd vanaf
f 1 januari 1959. Voor de perioden, ingaande op 1 januari 1959 en verdere
tijdstippen, het laatste 1 januari 1963, zullen de salarissen worden
vastgesteld volgens overzichten in de bijlage van genoemde circulaire
gegeven.
Over het tijdvak 1 januari 1962'tot de ingangsdatum van een nog na 1 januari
1963 ingaande nieuwe salarisregeling wordt op basis van de dan komende in
deling van de rangen in de schalen in het bezoldigingsbesluit burgerlijke
rijksambtenaren 1948 aan het rijksbrandweerpersoneel een uitkering-ineens
verstrekt.
Voornoemde bewindsman brengt onder de aandacht, dat enerzijds plaatselijke
omstandigheden tot afwijking van de rijkssalarissen kunnen leiden, ander
zijds de plaatselijke salarisverhoudingen daardoor niet mogen worden ver
stoord,
Een salarisverbetering wordt voor het rijksbrandweerpersoneel verantwoord
geacht aan de hand van ^en onderzoek vanwege het ministerie van binnenlandse
zaken; daaruit is gebleken, dat als gevolg van de voortschrijdende tech
nische ontwikkeling op allerlei gebied in de afgelopen jaren een verzwaring
van de taken van de brandweerman is opgetreden.
Aangezien het vorenbedoelde onderzoek zich ook uitstrekte over gemeente
lijke brandweren ligt het niet voor de hand, dat de gemeentelijke sala
rissen lager zouden kunnen of moeten worden vastgesteld dan die van het
rijk. Aan de andere kant zal het om dezelfde reden vrijwel onmogelijk
zijn aan te tonen, dat een alhier in te stellen taakonderzoek tot hogere
salarisuitkomsten leidt en bovendien de plaatselijke salarisverhoudingen
niet verstoort. Hierbij wordt nog opgemerkt, dat het rapport van het
van rijkswege ingestelde onderzoek de gemeentebesturen niet ten dienste
wordt gesteld.
Het komt ons derhalve vooralsnog opportuun voor, dat de salarissen van
het lager gemeentelijk brandweerpersoneel worden vastgesteld overeen
komstig die van het rijksbrandweerpersoneel. In afwijking van de rijke
methode tot het doen van een uitkering ineens van 1 januari 1962 af
verdient het naar ons oordeel aanbeveling de salarissen en pensioens
grondslagen opnieuw vast te stellen aan de hand van de nog per 1 januari
1962 en 1963 komende nieuwe salarisregeling, opdat do op of na 1 januari