Koof cistuk III
De behandeling van bezwaarschriften
Artikel 9
De "bezwaarschriften, "bedoeld, in de artikelen 34, 35 en 36 van de wet,
worden ingediend door de aanvrager en gericht aan het college voor bij
stand.
Artikel 10
Het college voor bijstand bevestigt aan degene die een bezwaarschrift
heeft ingediend, terstond schriftelijk de ontvangst daarvan onder mede
deling van de datum waarop het is ontvangen.
Artikel 11
Het college voor bijstand zendt van elk bezwaarschrift zo spoedig moge
lijk een afschrift ter kennisneming aan het college van burgemeester en
wethouders van Breda.
Artikel 12
Binnen 7 werkdagen na de datum bedoeld in artikel 10 deelt het college
voor bijstand schriftelijk aan degene die het bezwaarschrift heeft inge
diend mede wanneer aan hem gelegenheid wordt gegeven het bezwaarschrift
mondeling toe te lichten. De 2e zin van artikel 3, 2e lid, is hierbij
van toepassing.
Artikel 13
1Het college voor bijstand beschikt op het bezwaarschrift binnen één
maand na de datum, bedoeld in artikel 10. De datum waarop de beschik
king is genomen wordt daarop aangetekend.
2. In de mededeling van de beschikking wordt vermeld, dat binnen één maand
na de datum van verzending daarvan, de aanvrager in beroep kan gaan
bij gedeputeerde staten.
3. Van elke beschikking zendt het college voor bijstand zo spoedig moge
lijk een afschrift ter kennisneming aan het college van burgemeester
en wethouders van Breda.
Artikel 14
Deze verordening treedt in werking op de datum waarop de Algemene Bijstands
wet in werking tTeedt en kan worden aangehaald als "verordening inzake de
bijstandsverlening". Zij ligt bij de dienst voor eenieder ter inzage.