bijlage nr. 382 -2- Noot Krachtens artikel 23, leden 1 en 2 van de nijverheidsonderwijswet worden de leraren der gemeentelijke nijverheidsscholen benoemd door de gemeente raad uit een voordracht van benoembaren, welke is opgemaakt door burgemees ter en wethouders, nadat de directeur, wiens advies wordt overgelegd, is gehoord. De voordracht behoeft de goedkeuring van de minister van onderwijs, kunsten- en wetenschappen. Voorts is in artikel 8, lid 1van de verordening, regelende de samenstelling en de werkkring der commissie van toezicht op de gemeentelijke nijverheids scholen (gemeenteblad no. 391bepaald, dat de commissie voor het nijverheids onderwijs de raad en burgemeester en wethouders van bericht en advies dient omfrent alles wat met het nijverheidsonderwijs in verband staat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 927