bijlage nr. 61 -3- 3. Aan de hand van de ingezonden gegevens (peildatum 16/9-1964) is gebleken dat de uitkering lager onderwijs uit het gemeentefonds in de begroting 1964 belangrijk te hoog 250.000,-) geraamd is. Bij de opstelling van deze raming (medio 1963) is rekening gehouden met de ingebruikneming van een aantal nieuwe scholen en lokalen per 1/9-1964, hetgeen echter niet gerealiseerd is kunnen worden. Bovendien is bij de prognose over de lokalenbezetting uitgegaan van een stijging van het aantal leerkrachten (verdunning van de gemiddelde klasbezetting bij een gelijkblijvend totaal aantal leerlingen)Ook deze verwachting is door het later gereedkomen van nieuwe scholen en lokalen voor 1964 nog niet gerealiseerd. Tegenover de toevoeging aan de post onvoorziene uitgaven van rond 214.470,- zijn dus te stellen meer of minder zekere tegenvallers tot een bedrag van 400.000,-. In het totale dienstverloop zijn overigens nog tal van rela tief geringe afwijkingen van de ramingen welke per saldo tegenvallers kunnen compenseren. Globaal gerekend menen wij verantwoord aan te kunnen nemen, dat de rekening over het dienstjaar 1964 zal sluiten na de nu bekend geworden uitkeringen uit het gemeentefonds Dienstjaar 1965. De vastgestelde wijzigingen in de uitkeringsgrondslagen blijken uit het na volgend overzicht. volgens circulaire van volgens circulaire van 29 juni 1964 23 november 1964 (voorlopige aanwijzingen c -u A.- voor 1964 voor 1965 voor begroting 1965} schaalbedrag per inwoner 63,- 64,- 64,50 uitkeringspercentage 133% 138% 149% Berekening opbrengst algemene uitkering (exclusief onderdeel sociale zorg) volgens de circulaire van 23 november 1964. a. Bedrag per hectare grondgebied 6160 x 5,- 30.800,- b. element grondbelasting 5 x 290.944,37 1.454.721,85 c. schaalbedrag per inwoner 116.500 x 64,50 7.514.250.- basisbedrag 8.999.771,85 De uitkering kan dan gesteld worden op 149% van 8.999.771,85 13.409.660,-. De uitkomst van deze berekening kan niet zonder meer vergeleken worden met de raming in de begroting 1965. Deze raming is nl. niet afgestemd op de eerste aanwijzingen van de minister (circulaire van 29 juni 1964) en moet voor een juiste beoordeling en vergelijking als volgt wprden gespecificeerd. Wegens algemene uitkering uit het gemeentefonds is in de begroting 1965 geraamd een bedrag van 16.926.954,- Het onderdeel kosten van sociale zorg in deze raming is te stellen op 3.067.643,- zodat resteert voor de overige elementen 13.859.311,-.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 103