gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
8 november 1 965
V/17162
bijlage nr. 514
Mededeling van burgemeester en wethouders
inzake de kademuren langs de Haven en de
Prinsenkade
In het aan Uw raad in zijn vergadering van 25 juni jl. gegeven antwoord
op de vraag van de heer van Loon inzake de kademuren langs de onder
grondse parkeergarage, is medegedeeld dat aan de bouwers van de garage
is toegestaan de funderingen circa 50 cm. hoger te leggen. In verband
daarmede zouden de kademuren over eenzelfde hoogte worden opgemetseld
en van de oude hardstenen afdekbanden worden voorzien.
Een belangrijk gedeelte van deze afdekbanden is in vroeger jaren reeds
vervangen door gemetselde rollagen, terwijl het merendeel van de nog
aanwezige afdekbanden op de huidige kademuren in een uitermate slechte
en vervallen toestand verkeert. Deze zijn niet meer bruikbaar voor het
maken van een nieuwe afdeklaag.
Met de bouwers van de garage werd overeengekomen de verhoogde muren
met gemetselde steenrollagen van 55 cm. breed af te dekken. De muren
zullen dan 20 cm. boven de parallelwegen uitkomen. Deze vervanging
heeft geen financiële consequenties voor de gemeente.
De nog bruikbare afdekzerken zullen worden benut als traptreden voor
het overwinnen van het hoogteverschil tussen het trottoir op de ver
binding Zoutstraat - Vismarktstraat en de ten zuiden daarvan geprojec
teerde fietsenstalling op het dak van de parkeergarage. Voor deze be
stemming zijn waarschijnlijk juist voldoende goede banden aanwezig.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Geuljans burgemeester
van den Dam
secretaris