gemeente Dreda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 567
1 december 1965
Voorstel van burgemeester en wethouders ter
V/18145 zake van de liquidatie der N.V.Volkshuisves
ting alhier.
In een op 4 december 1961 gehouden buitengewone algemene ver
gadering van aandeelhouders der N.V.Volkshuisvesting te Breda is be
sloten om deze uitsluitend in het belang der volkshuisvesting werk
zame en als zodanig toegelaten woningbouwcorporatie tussentijds te
ontbinden.
Vanaf die datum bestaat zij derhalve als vennootschap in liquidatie,
terwijl het bestuur der N.V.Volkshuisvesting statutair als commissie
van liquidatie fungeert.
Over het voornemen ora hun werkzaamheden op het gebied van woningbouw
en -exploitatie te staken heeft men vooraf in prettige verstsnd-
houding met ons college overleg gepleegd, mede naar aanleiding van de
onzerzijds eerder ingezette pogingen om het belangrijkste woningbezit
der 35.V., gelegen tussen de Haagdijk en de Fellenoordstraat,ten behoeve
van de toekomstige stadssanering in eigendom der gemeente te verwerven.
Als voornaamste motieven voor de tussentijdse ontbinding hebben gegolden,
dat het bestuur onder da huidige omstandigheden geen noodzaak meer zag voo
het voortbestaan in 35.V.-vorm en dat men door de stringente voor
schriften van het rijk op het gebied van bouw en exploitatie van
gesubsidieerde woningen weinig zeggenschap meer had over het eigen
bezit.
Daarbij kwamen dan nog de moeilijkheden met betrekking tot de admini
stratie en het onderhoud, zulks wegens hogere leeftijd en gezondheids
toestand van directeur en oprichter, terwijl ook de zittende bestuurs
leden persoonlijk meenden, dat voor het onderhavige werk op het sociale
vlak daartoe meer geëigende instanties en besturen geroepen zijn.
Betreuren wij het enerzijds dat de 15.V.Volkshuisvesting als zijnde
de oudste woningbouwcorporatie hier ter stede het in een lange reeks
van jaren verrichte werk in het belang van de woningvoorziening voor
minder draagkrachtigen ging beëindigen, van de andere kant hebben de
argumenten, die tot deze beslissing hebben geleid, bij ons toch
volledig begrip ontmoet.
In zekere zin was deze stap ons uit bestuurlijk oogpunt ook welkom,
omdat zich nu de mogelijlcheid voordeed om op gunstige basis en onge
compliceerde wijze de voor sanering aangeduide wijk in het bezit van
de gemeente te krijgen.