gemeente Dreda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 583
29 november 1965
OSS/21250
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
aanstelling van een vierde beroepskracht
in het plaatselijk jeugdwerk.
De raad der gemeente heeft in zijn vergadering van 12 juli 1961
(bijlage nr. 367) besloten subsidie toe te kennen in de kosten van
beroepsmatige jeugdleiding. Het betrof toen een drietal functiona
rissen. Uitgangspunt hierbij was, dat ook de activiteiten voor de
jeugd geruggesteund dienen te worden door een deskundig kader. Zon
der deze stuwing blijken vele activiteiten spoedig dood te lopen
of beperkt te blijven. De ontwikkeling in de jeugdsector vraagt om
inschakeling van beroepskrachten.
Nu gedurende enige jaren ervaring is opgedaan, kan geconstateerd
worden, dat voornoemd principebesluit verantwoord, is geweest en aan
sluit bij de hedendaagse ontwikkeling, waarin het jeugdwerk evolueert
tot een maatschappelijke functie.
Deze institutionalisering maakt de inschakeling van meer beroeps
krachten noodzakelijk, vooral plaatselijk, waar het jeugdwerk zijn
basis vindt.
Ook voor Breda moet gesteld worden, dat het aantal beroepskrachten
in de jeugdsector uitbreiding zal moeten ondergaan. Hierbij dient
enerzijds gelet te worden op een effectieve inzet en plaatsbepaling-
van de beroepskracht, waaromtrent de meningsvorming nog gaande is
anderzijds dient rekening te worden gehouden met de financiële
mogelijkheden, met name van de overheid als subsidiërende instantie.
Deze beperking geldt ook thans ten aanzien van de voorliggende verzoeken
om uitbreiding. Ons college heeft zich, gehooid.de Jeugdadviesraad,
beraden over de vraag of en zo ja, waar uitbreiding gegeven kan worden.
Een drietal besturen hebben verzoeken ingediend, te weten:
a. Stichting Protestants Jeugdwerk Breda;
b. Beweging voor KatholiekeWerkende Jongeren, stad Breda;
c. Stichting Katholieke Jeugdraad Breda.
In de desbetreffende verzoeken, welke voor U ter inzage zijn gelegd,
hebben de besturen hun aanvragen gemotiveerd; voor een nadere infor
matie hieromtrent moge daarnaar verwezen worden.
Op ons verzoek heeft de Jeugdadviesraad zich beraden over deze ver
zoeken. Bij het uitbrengen van het advies heeft de Jeugdadviesraad
de volgende kanttekeningen geplaatst:
