gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 601
3 deeember 1965
AZ/22308
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot wijziging van het besluit van 11
november 1964 inzake het maximum aantal
drankwetvergunningen
Op voorstel van ons college heeft Uw raad op 11 november 1964 be
sloten de Kroon te verzoeken te bepalen, dat het ingevolge de drank
wet voor Breda geldende maximum aantal drankvergunningen zal bedragen
1 vergunning per 500 inwoners (wettelijk maximum).
De Kroon heeft de bevoegdheid het wettelijk maximum te verlagen en
kan uiteraard een besluit tot verlaging van het maximum wijzigen of
intrekken.
Het thans te Breda geldende maximum,te weten 1 vergunning per 595
inwoners,is vastgesteld bij de grenscorrectiewet van 30 maart 1961,
staatsblad 117. Inwilliging van Uw verzoek zou, althans volgens de
interpretatie van het ministerie van sociale zaken en volksgezondheid,
neerkomen op intrekking van de zoeven bedoelde wet voor' zoveel bètreft
de bepaling inzake het maximum aantal drankvergunningen, terwijl
slechts in de drankwet een wijzigingsbevoegdheid is toegekend.
Formeel zou Uw verzoek derhalve niet voor inwilliging vatbaar zijn.
Dit formele bezwaar kan omzeild worden als U de Kroon verzoekt het
maximum aantal drankvergunningen voor Breda vast te stellen op 1 ver
gunning per 510 inwoners.
Wij stellen U voor dit te doen. In feite komt dit erop neer, dat niet
35 doch 27 vergunningen kunnen worden uitgereikt als de Kroon Uw
verzoek inwilligt.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor juridische aange
legenheden zal nog nader te Uwer kennis worden gebracht.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Geuljans
burgemeester.
van den Dam
secretaris