I
gemeente Breda Rubriek: financiën
bij bijlage nr. 105
De raad der gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. R februari 1965 nr.F/2415
gehoord de afdeling voor de hypotheekbank;
besluit
vast te stellen de navolgende verordening houdende regels voor het stellen
van zekerheid door de gemeente voor de betaling van de hoofdsom en rente
van een lening onder verband van eerste hypotheek aangegaan ten behoeve
van de bouw of de aankoop van een woning voor eigen bewoning:
Artikel 1
1Bij besluit van de gemeenteraad kan ten behoeve van de bouw of het ver-
werven van een woning door de gemeente zekerheid worden gesteld voor de
betaling van hoofdsom en rente van een lening onder verband van eerste
hypotheek verstrekt aan meerderjarige personen die de leeftijd van 55
jaren nog niet hebben bereikt en die de woning van de aanvang van de
eerste bewoning af als eigenaar zullen bewonen mits:
a. de lening niet meer bedraagt dan 90 ten honderd van de stichtings-
kosten;
b. de lening een looptijd heeft van tenminste 5 jaren en ten hoogste 30
jaren;
c. de stichtingskosten van de woning een bedrag van 40.000,- niet
overschrijden.
2. Onder "stichtingskosten" in de zin van dit artikel wordt verstaan: het
totaal van de kosten welke geacht worden gemoeid te zijn met de bouw of
het verwerven van de woning, met inbegrip van architectenhonorarium,
kosten dagelijks toezicht, renteverlies tijdens de bouw, leges- en zegel-
kosten, registratierecht, notaris- en makelaarskosten enz. en de grond-
kosten.
Artikel 2.
1Zekerheid als bedoeld in artikel 1 wordt slechts gesteld indien door het
rijk voor de woning geen bijdrage ineens overeenkomstig artikel 2 van
het "besluit bevordering eigen-woningbezit" is toegekend.
2. Indien een bijdrage ineens als in het 1e lid bedoeld is toegekend kan
zekerheid worden gesteld op basis van het besluit en de beschikking be
vordering eigen-woningbezit
3a. De zekerheid als bedoeld in artikel 1 wordt gesteld onder de voor
waarden en bepalingen vervat in de bij dit besluit behorende bijlage I.
b. In afwijking van het bepaalde onder a wordt, ingeval de lening wordt
aangegaan in dier voege, dat de periodieke aflossingen geheel of ten
dele worden vervangen door mede-verband van een of meer polissen van
levensverzekering, de zekerheid gesteld onder de voorwaarden en bepa
lingen vervat in de bij dit besluit behorende bijlage II.
4. Zij wordt slechts gesteld, indien de aanvrage daartoe is gedaan voor
afloop van een tijdvak van 6 maanden na het voor bewoning gereedkomen
van de woning.