bijlage nr. 162 -3- Wij achten het zeer gewenst dat Uw college ermede instemt dat via onze stichting in de kosten van de exploitatie van bedoelde sociëteiten oude stijl bijdragen worden verleend, voor de bere kening waarvan wordt uitgegaan van de thans nog bestaande sub sidieregeling. Wij menen dat deze overgangsmaatregelen per 1 september 1965 kunnen worden beëindigd. Indien Uw college akkoord gaat met de door ons voorgestane plannen, betekent dit dat de bestaande subsidieregeling kan vervallen. Wij geven U in overweging de datum van intrekking van de oude re geling te doen ingaan per 1 april 1965 en vanaf gelijke datum aan onze stichting jaarlijks subsidie te verlenen in het tekort op basis van een door onze stichting ingediende begroting. Voor 1965 is het subsidie geraand op 26.000,-. Resumerend adviseren wij Uw college de raad voor te stellen: a. de bestaande subsidieregeling voor het club- en sociëteits- xferk per 1 april 1965 in te trekken; b, aan onze stichting naast het bij raadsbesluit dd. 14 oktober 1964 verleende subsidie ad 20.000,- voor de aanstelling van een bejaardenconsulent, jaarlijks een subsidie toe te kennen tot maximaal het tekort van de door de raad goedgekeurde be groting van onze stichting inzake het onderdeel recreatiecom missie." Dit voorstel behoeft naar onze mening geen verdere toelichting. Met de voorstellen in dit schrijven neergelegd, kunnen wij ons geheel verenigen, waarbij moge worden opgemerkt dat ons college bij de voorbereiding der plannen regelmatig werd betrokken omdat zoals bekend de wethouder van sociale zaken en volksgezondheid deel uitmaakt van het stichtingsbe stuur. Wij stellen Uw raad voor overeenkomstig het verzoek te besluiten en aan het subsidie de voorwaarde te verbinden dat jaarlijks op een door ons nader vast te stellen datum de begroting mot toelichting alsmede de rekening en het verslag van het voorgaande jaar worden ingezonden. De begroting met toelichting is ter visie gelegd. Volgno. 572 van de begroting 1965 laat de uitgave toe. De afdeling voor maatschappelijk werk, sociale zaken en volksgezond heid wordt over het voorstel gehoord. Een eventueel afwijkend advies wordt te Uwer kennis gebracht. Burgemeester en wethouders van Breda, Geuljans burgemeester van den Dam secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 290