-2- In verband met de kosten van de 1e bouwfase is thans goedkeuring te vragen tot een bedrag van 515«000,-. Ter zake van de verbouwingen begrepen in de 1e fase willen wij nog opmerken, dat zonder bezwaar tot uitvoering daarvan kan worden besloten, daar dit onderdeel van het project geen wijziging ondergaat noch de omvang en de aard der andere onderdelen beïnvloedt. Wat betreft de wenselijkheid tot onderhandse aanbesteding van de 1e bouwfase moge worden verwezen naar de overwegingen opgenomen in het ter inzage gelegd ontwerp-besluit. De budgettaire consequenties van het geheel voltooide project zullen uiteraard niet gering zijn. Stelden wij U bij de vaststelling van het oorsprohkelijke project voor de tarieven in verband daarmede te verhogen met 0,01 per kg voor runderen en schapen, met 0,02 per kg voor varkens, eenhoevige dieren en geiten en het invoerkeurloon met 0,01 per kg, de belangrijk ho gere investeringen,in de aanhef bedoeld, zullen een veel forsere ta riefsverhoging noodzakelijk maken. Hoeveel dit zal moeten zijn laat zich thans nog niet geheel becijferen; in ieder geval zal een blijvend sluitende exploitatie van het slachthuis gewaarborgd dienen te zijn. Er zijn momenteel nog diverse onzekere factoren, zoals de vraag of de tot stilstand gekomen groei van de omzet zich zal herstellen, de huur- bepaling van de te verhuren ruimten, en nader beraad over eventueel mogelijke bezuinigingen op het plan. Wij menen, dat er alle reden is de tariefsverhoging niet uit te stellen tot alle werkzaamheden gereed zijn - dit leek bij het oorspronkelijke plan wel mogelijk - maar het bij raadsbesluit van 12 december 1962 ver hoogde tarief, goedgekeurd bij K.B. van 17 april 1965, no. 15, reeds te doen ingaan op 1 juli 1965» Ons college is bij voornoemd raadsbe sluit gemachtigd de datum van ingang te bepalen. De verder noodzakelijke tariefsverhoging kan daarna geleidelijk wor den ingevoerd. Het momenteel geldende tarief dateert van 1952; reeds bij de behandeling van de begroting 1965 is er op gewezen, dat de exploitatieresultaten van het openbaar slachthuis teruglopen. Dit vindt zijn oorzaak uiter aard in de gestegen exploitatielasten, die bovendien thans niet wor den gecompenseerd door groei van de omzet. Bovendien gaan nu vanaf de aanvang van de werken de lasten van de nieuwe investeringen op het budget drukken. Wij nemen aan, dat deze tariefsverhoging per 1 juli a.s. Uw instemming heeft. Zodra mogelijk zullen wij U een afgerond voorstel voorleggen met be trekking tot de volgende fasen van het plan. Een eventueel afwijkend voorstel van de afdeling voor het openbaar slachthuis zal U nog worden medegedeeld» Burgemeester en wethouders van Breda, Geuljans burgemeester. van den Dam secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 302