gemeente Breda
I
aan de raad der gemeente Breda,
Rubriek: maatschappelijk werk
Bijlage nr, 229
3 mei 1 965
OSS/21341
Voorstel van burgemeester en wethouders om in
het reglement voor het college voor de verle
ning van bijstand de artikelen 10 en 11 te
schrappen.
In het reglement voor het college voor de verlening van bijstand
- vastgesteld in Uw raadsvergadering van 15 juli 1964 - is onder
andere bepaald, dat de voorzitter het college voor bijstand ver
tegenwoordigt in alle rechtsgedingen (artikel 10) en dat de voorzit
ter en de secretaris het college voor bijstand vertegenwoordigen bij
alle buitengerechtelijke rechtshandelingen die voor hem moeten wor
den gedaan (artikel 11
Het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant heeft Uw raad
bij schrijven van 19 augustus 1964 de ontvangst van dit reglement
bericht. Genoemd college komt hierop terug bij brief van 11 novem
ber 1964 waarin het zich afvraagt of de artikelen 10 en 11 van het
reglement nog betekenis hebben naast de artikelen '77 en 78 van de
gemeentewet, regelende de vertegenwoordiging van de gemeente. Deze
vraagstelling is gebaseerd op het feit dat het college voor bijstand
een gemeentelijk orgaan is zonder rechtspersoonlijkheid.
Wij onderschrijven d„eze gedachtegang van gedeputeerde staten en zijn
met hen van oordeel dat de vertegenwoordiging van het college voor
de verlening van bijstand uitsluitend geregeerd wordt door de des
betreffende bepalingen uit de gemeentewet.
Wij stellen U daarom voor de artikelen 10 en 11 van het reglement
voor het college voor de verlening van bijstand te schrappen. Dit
wijzigingsbesluit dient aan gedeputeerde staten te worden medege
deeld en ter openbare kennis te worden gebracht.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Geuljans burgemeester.
van den Dam secretaris.
