gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Rubriek: maatschappelijk werk Bijlage nr. 230 28 april 1965 V/4771 Voorstel van burgemeester en wethouders op de verzoeken van de Plebaan van der Madenstichting en van de stichting "Huize de Breedonk" tot toekenning van een jaarlijkse bijdrage ten be hoeve van in hun te Breda te stichten bejaar dencomplexen te huisvesten personen met een inkomen beneden de daarvoor gestelde grenzen. De besturen van de Plebaan van der Madenstichting en van de stichting "Huize de Breedonk" hebben zich tot ons college gewend met het verzoek te willen bevorderen dat een jaarlijkse bijdrage der gemeente wordt toegekend ten behoeve van de bewoners der door hen te exploiteren be jaardencomplexen, voor zover zij een inkomen genieten beneden de daar voor gestelde grenzen. Bij de toekenning van de rijkspremie voor de bouw van de onderhavige bejaardencomplexen is een op grond van artikel 26 van de "premie- en bijdragenbeschikking woningbouw 1960" te verlenen extra jaarlijkse bijdrage in uitzicht gesteld ten behoeve van de in deze tehuizen ge huisveste bejaarden, wier inkomen volgens de thans geldende normen niet meer bedraagt dan 3-954,- per jaar voor in gezinsverband samen wonenden en 2.570,- per jaar voor alleenstaanden. Het bejaardencomplex van eerstgenoemde stichting bestaat uit een pen siongebouw met 70 bedden aan de Brigidastraat en 50 woninkjes aan de Damiaanstraat en dat van laatstgenoemde uit enkel een pensiongebouw aan de Burgemeester Kerstenslaan en de Ruitersboslaan met plaatsruimte voor 182 bejaarden en 24 personeelsleden, alsmede een ziekenvleugel met 16 bedden. De extra rijksbijdrage bedraagt thans 75,- per woning of bij woon gebouwen per hoofdwoonvertrek en wordt toegekend voor een termijn van 50 jaar na de datum van de aanvang der eerste bewoning, onder voorwaarde dat a. voor woningen of, bij woongebouwen, voor hoofdwoonvertrekken de met de bewoner overeengekomen prijs voor het enkele gebruik van de woning of hoofdwoonvertrek 150,- per jaar lager is dan de prijs die hiervoor zou zijn overeengekomen, indien een extra bijdrage niet zou zijn toegekend; b. de gemeente, waarin de woning of het woongebouw is gelegen, een bedrag gelijk aan dat van de extra rijksbijdrage verstrekt; c. niet meer dan één persoon, die de leeftijd van 60 jaren nog niet heeft bereikt, met een of meer bejaarden samenwoont.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 421