gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Rubriek; uitbreidingsplannen, e.d.
Bijlage nr. 32
6 januari 1965
V/22692
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
vaststelling van het onteigeningsplan
"Poolseweg 1964".
Op 14 oktober j.l. heeft Uw raad besloten tot het voorlopig goedkeuren
van het onteigeningsplan "Poolseweg 1964"? dat betrekking heeft op een
aantal onbebouwde perceelsgedeelten aan weerszijden van het gedeelte
van de Gen. Maczekstraat (voorheen Poolseweg) tussen Wilhelminapark
en Zandberglaan, over welke stroken grond de gemeente de beschikking-
dient te hebben teneinde bedoelde weg te kunnen reconstrueren.
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 80 der onteigeningswet
hebben wij voormeld onteigeningsplan met de daarbij behorende stukken
ter gemeentesecretarie voor eenieder ter inzage gelegd met ingang
van 26 oktober 1964 gedurende dertig dagen. Van deze nederlegging
is overeenkomstig wettelijk voorschrift kennisgeving gedaan.
Ingevolge het bepaalde in artikel 81 der onteigeningswet konden be
langhebbenden uiterlijk binnen veertien dagen na afloop van deze ter
mijn van ter visie legging hun bezwaren schriftelijk aan het gemeente
bestuur opgeven.
Van de geboden gelegenheid om bezwaren in te dienen is gebruik gemaakt
door J.H.Dunk, Gen.Maczekstraat 51 en C.van Riel? Gen.Maczekstraat 12.
Hun bezwaarschriften zijn binnen de vastgestelde termijn ingekomen.
Aangezien verder reclamanten belanghebbenden zijn in de zin der wet
zijn zij in hun bezwaren ontvankelijk.
J.H.Dunk is huurder van de woning Gen.Maczekstraat 51. Hij betreurt
het in hoge mate dat de bij dit pand behorende voortuin (op tekening
no. 34456 in rode kleur en met volgnummer 16 aangeduid), welke hij
steeds goed onderhoudt en voor de aanleg waarvan hij kosten heeft
gemaakt, in zijn geheel voor trottoir en weg is bestemd. Na voltooi
ing hiervan zal het z.i. niet mogelijk zijn zijn zonnescherm aan de
gevel te doen hangen, en zegt hij genoodzaakt te zijn binnenshuis
een zonafwerende bescherming aan te brengen.
Naar aanleiding hiervan merken wij op dat het voor de noodzakelijke
verbreding van de Gen.Maczekstraat onvermijdelijk is dat voortuinen
worden opgeofferd. Het is niet mogelijk de onderhavige voortuin te
handhaven zonder het reconstructieplan in zijn opzet te schaden.
Zijn bezwaren dienen derhalve ongegrond te worden verklaard.
Indien reclamant tengevolge van het verlies van deze voortuin ver
minderd huurgenot heeft kan hij zich te dezer zake tot de huiseige
naar wenden. Mocht het met de eigenaar tot een onteigeningsgeding