bijlage nr. 318
-2-
prijsgegeven, hetgeen tot gevolg heeft dat de jeugd dit terrein zonder
meer kan betreden en het tot speelgelegenheid kan maken. Dit houdt
voor deze jeugd een groot gevaar in. Tevens wordt het aanzien van deze
wijk, dat toch al niet rijk is, geschaad. Hij verzoekt hierin enige
verbetering te brengen.
ANTWOORD
Met de fa. gebr.Pokkema zijn reeds geruime tijd geleden onderhandelingen
gevoerd om tot verplaatsing van het bedrijf te komen. In verband met het
ontbreken van een hiervoor geschikt terrein zijn de onderhandelingen
vertraagd. Thans wordt dezerzijds overwogen een terrein in het plan
Emer hiervoor beschikbaar te stellen. De onderhandelingen zullen worden
hervat
De gebr.Pokkema zijn echter niet van plan het gehele bedrijf te verplaat
sen in verband met aan- en afvoer van kleine daghoeveelheden. Getracht
wordt langs de geprojecteerde weg, t.w. het verlengde van de Ettensebaan
en langs de Vestkant, een bouwstrook van 20 m te verkrijgen. Zodra deze
bebouwing zal zijn gerealiseerd zal het alsdan bovendien zo mogelijk
ingekrompen bedrijf, althans vanaf de openbare weg, aan het oog zijn
onttrokken.
Het open terrein aan de Vestkant, voormalige boerderij en gemeente-eigen-
dom, grenzend aan het terrein waarop Pokkema ingevolge de bij besluit
van 27-12-1965 no. 1/8753 verleende hinderwetsvergunning zijn bedrijf
exploiteert, is wederrechtelijk door Pokkema in gebruik genomen; dit
zal worden verboden. Er wordt overigens niet geheel voldaan aan de aan
de hinderwetsvergunning verbonden voorwaarden. De gebr.Pokkema zullen
hierop worden gewezen en hun zal worden gelast aan de gestelde voor
waarden (o.a. afscheiding hoog 1.80m) te voldoen.
VRaaG
De heer Koertshuis zegt dat enige jaren geleden van het pand Justinus
van Nassau aan de zijde van de Cingelstraat de bepleistering is ver
wijderd. De daaronder aanwezige steentjes werden toen zichtbaar en omdat
deze een fraaie aanblik boden meende hij dat dit een onderdeel van de
restauratie was. Hij betreurt het daarom dat zij nadien toch weer werden
bepleisterd, zodat het pand niet in zijn originaliteit te voorschijn kwam.
Hij vraagt waarom dit is gebeurd, temeer daar bij de restauratie van het
pand de Arend hetzelfde heeft plaats gevonden. Ook hiervan zou hij graag
de oorzaak vernemen.
ANTI/OORD
Het pand Justinus van Nassau werd omstreeks 1800 verbouwd en bepleisterd.
Voor dit pand heeft monumentenzorg de bepleisterde gevels als historisch
verantwoord voor de restauratie genomen en de bepleistering verplichtend
gesteld.
In het bestek van de restauratie van het huis "De Arend" is bepaald, dat
de gevels worden bepleisterd en ook nog worden geschilderd.
De wand aan de Schoolstraat behoorde vroeger bij verschillende pandjes,
verschillend in hoogte en gevelsteen (kleur).
De gegevens hierover zijn historisch niet vaststaand.
Beleend is, dat de geveltjes gelijk getrokken zijn op het einde van de
18e eeuw en toen bepleisterd zijn. Monumentenzorg heeft de toestand
van het einde 18e eeuw als historisch verantwoord uitgangspunt genomen
voor restauratie.
Een uitzondering is gemaakt voor de topgevel aan de Reigerstraat, waar
over voldoende gegevens bekend waren.