Bijlage nr. 31
- 2 -
d. 14/^ wegens de gestegen advies- en beheerskosten.
Tegenover genoemde prijsverhogingen staat een verlaging van 0,5/- omdat de
reserve ad 1 .000.000,- voor loon- en prijsstijgingen ten aanzien var-
kosten bouwrijpmaken in het complex Hoge Vucht III door de jaarlijkse her
ziening van deze kredieten kon worden uitgelicht, waartegenover 400.000,-
eindwaarde 1979 689.000,-) ten behoeve van te verwachten loon- en prijs
stijgingen ten aanzien van kredieten voor bouwrijpmaken voor alle complexen
te zamen werd opgenomen.
Naast de hieruit per saldo resulterende prijsstijging van ongeveer 7,8/5
welke in de exploitatie-opzetten is verrekend, is ons inziens een verder
gaande verhoging gewenst.
Het is U bekend dat de risicoreserve, sinds met het huidige systeem van de
grondpool is gestart, steeds is bepaald op 1 fo van de geraamde verkopen.
Deze reserve wordt dezerzijds uiterst minimaal geacht om de tegenvallers op
te kunnen vangen. Daar het bovendien in ons voornemen ligt in 1967 een ver
dergaande inventarisatie van bouwterreinen te laten verrichten, waaruit zal
moeten blijken of alle bouwterreinen wel (tegen de vigerende grondpool-
prijzen) kunnen worden afgenomen - een eerste summier onderzoek (zie hier
boven) leidde reeds tot uitlichting van verschillende bijzondere bebouwing
terreinen - en voorts de vraag wel onder ogen zal moeten worden gezien of
niet een verdergaande differentiatie van de bouwterreinprijzen naar ligging
dan tot nu toe gebruikelijk is noodzakelijk is, achten wij een extra reserve
als voorzorgsmaatregeldie wij voor 1967 zouden willen bepalen op 5/- van de
uitgifteprijzen, geboden. Uiteindelijk resulteert hieruit een verhoging van
de uitgifteprijzen ten opzichte van 1966 met 12,8^.
Hoewel de voorgestelde uitgifteprijzen 1967 een niet onbelangrijke stijging
ten opzichte van die van 1966 te zien geven, menen wij toch dat deze prijzen
gebaseerd op objectieve gegevens en een redelijke reservevorming - kunnen
worden aanvaard.
Verder mogen wij U verwijzen naar:
bijlage I bevattende een totaalbegroting van de grondexploitatie voor 1967
volgende jaren, waarvan de ramingcijfers zijn ontleend aan de voor elk com
plex gemaakte exploitatiebegroting en waaruit blijkt dat de voorgestelde
prijzen gebaseerd op een verhoging van 7,8)5 - dus exclusief de niet in deze
exploitatiebegrotingen opgenomen extrareserve die zoals gesteld een extraver—
hoging van 5/'-' nodig maakt - een sluitende exploitatie opleveren.
Bijlage II waarin de ramingen van enkele kostenfactoren (risicofactor, aanleg
speeltuinen, advies- en beheerskosten, parkeervoorzieningen en funderings
reductie) zijn opgenomen, die voor de grondpool in zijn totaliteit zijn be
groot.
Bijlage III die de raming aangeeft van het verloop van de saldi van de ge-
liguideerde complexen (vereveningsfonds).
Met verwijzing naar de hiervoor gegeven toelichting en de ter visie gelegde e
ploitatieberekeningen van de afzonderlijke complexen stellen wij U voor te be
sluiten: