gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 454
8 november 1967
7/15819
Voorstel van burgemeester en vjeth.oud.ers
inzake het verzoek om voorziening van
P.H. van Berkom, namens M. Sterkens, Lies
straat 100 alhier, tegen de weigering van
d_e bouwvergunning tot het verbouwen en
uitbreiden van een stal tot werkplaats en
het aanbouwen van een serre bij genoemd
pand.
Bij schrijven van 31 augustus 1967 heeft P.H. van Berkom, architect,
namens II. Sterkens, Liesstraat 100 alhier, voorziening gevraagd tegen
ons besluit van 1 augustus 1967, nr. V/12989 (verzonden 9 augustus 1967).
Bij dit besluit is aan de heer Sterkens bouwvergunning geweigerd tot
het verbouwen en uitbreiden van een stal tot werkplaats en het aanbouwen
van een serre bij het pand Liesstraat 100, kadastraal bekend gemeente
Princenhage, sectie M, nr. 1163.
In Uw vergadering van 12 oktober 1967 hebt U besloten het bezwaarschrift
voor het uitbrengen van pre-advies in handen van ons college te stellen.
Ingevolge het bepaalde in artikel 51eerste lid, van de woningwet, kan
de aanvrager binnen een maand 11a de dag waarop het afschrift van het be
sluit verzonden is, bij de raad voorziening vragen. Het bezwaarschrift
is gedateerd op 31 augustus 1967 en ingekomen op 5 september 1967 en is
derhalve binnen de wettelijke termijn ingediend. Echter is het bezwaar
schrift - ondanks het feit dat in het dictum van ons weigeringsbesluit
mededeling is gedaan van een beroepsmogelijkheid bij Uw raad - gericht
aan ons college,reden waarom appellant in zijn verzoek niet ontvankelijk
is.
Voor de volledigheid moge dienen, dat het verzoek van adressant op de
volgende overwegingen steunt:
de overschrijding van de achtergevelrooilijn was bestaand;
de wijziging van de achterbouw is verbeterd ten aanzien van het bestaande;
dat hij zijn panden aan de Tilburgseweg heeft moeten verlaten ten behoeve
van het uitbreidingsplan;
dat hij daar reeds een vestiging had in tweedehands auto's;
dat dit bedrijf zijn enige inkomen is.
Het perceel Liesstraat 100 is gelegen in het uitbreidingsplan in hoofdzaak
met als bestemming landelijk gebied I, welke bestemming inhoudt dat op dit
perceel mogen worden opgericht woningen en andere gebouwen uitsluitend
ten behoeve van een agrarisch bedrijf, mits voldaan wordt aan de hierom
trent in de bestemmingsbepalingen en algemene voorschriften gestelde