gemeente Breda
Bij bijlage nr. 505
Toelichting op de wijziging van de be
groting 1967 van het energie- en water
bedrijf.
Kostensoorten.
De verkoop en inkoop gas zijn ongewijzigd gebleven.
De juistheid van de cijfers is nog niet geheel te beoordelen.
De verkoop elektriciteit kan op grond van de uitkomsten over 1966
in hoeveelheden hoger worden geraamd. De opbrengst moet desondanks
Ct» 130.000,- lager worden geraamd.
Dit wordt in hoofdzaak veroorzaakt door de tariefwijziging, die is
ingevoerd per 1 oktober 1966, nadat overeenstemming was bereikt in
provinciaal verband over uniformiteit voor huishoudelijke tarieven.
Hierdoor zijn van bedrijfswege de verbruikers geadviseerd tot het
voor hen meest voordelige tarief. Dit leidde tot een verschuiving
van het hoog tarief (26 ct per kWh) naar een vastrechttarief (8 ct of 6-g" ct
per kWh met respectievelijk 40,20 en 58,20 vastrecht per jaar).
In vele gevallen strekten de adviezen van het energie- en waterbedrijf
tot voordeel van de verbruikers. Het resultaat voor het bedrijf is een
mindere opbrengst ten opzichte van de raming in de oorspronkelijke be
groting.
Voorts is de opbrengst van grootverbruikers per kWh lager dan in de
begroting werd verondersteld.
r Haast de verlaging van de opbrengst dient de inkoop van elektriciteit
hoger gesteld te worden.
Bij informatie bij de P.W.E.M. is ons gebleken, dat de kolenprijs voor
1967 gesteld mag worden op 49,-, hetgeen 1,- hoger is dan in de
oorspronkelijke begroting is vermeld.
Voorts dient de maximale belasting verhoogd te worden in verband met de
hogere raming van de hoeveelheden die verkocht zullen worden. Alles te
zamen wordt de inkoop thans 368.000,- hoger dan geraamd.
De resultaten over 1966 geven aanleiding tot een verlaging van de water
opbrengst van 120.000,-. De raming was te optimistisch.
De totale kapitaallasten worden thans 277.300,- lager geraamd. De in
vesteringen 1967 van het elektriciteitsbedrijf zijn ten opzichte van de
oorspronkelijke begroting met ca. 750.000,- verminderd, terwijl ten
aanzien van het onderdeel straatverlichting de investeringen in voor
gaande jaren belangrijk zijn achtergebleven bij de ramingen.
Om de begroting 1967 met handhaving van de normwinst sluitend te kunnen
krijgen was het nodig te beschikken over een gedeelte van de bedrijfs-
reserves.