gemeente Breda
Bij bijl. no. 50
De raad der gemeente Breda;
overwegende, dat burgemeester en wethouders bij hun besluit van 28 oktober
1966, nr. v/l6699, mevrouw J.J.'J. Jansen-van Ginneken, Teteringsedijk 5a,
Breda, hebben aangeschreven voorzieningen aan de woning Teteringsedijk 5
alhier, te treffen ter opheffing van de volgende gebreken:
het doorlaten van vocht door de achtergevel, het gedeeltelijk vergaan
zijn van de vloeren, het niet-behoorlijk sluiten van ramen en deuren en
het lek zijn van het dak;
dat Mr. L. van Buchem namens mevrouw Jansen-van Ginneken bij brief van
14 november 1966 voorziening van deze aanschrijving heeft gevraagd;
dat het verzoek om voorziening binnen de wettelijke termijn is verzon
den, zodat adressante in haar verzoek dient te worden ontvangen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 6 januari 1967,
nr. V/22317;
gelet op het bepaalde in de woningwet en de overgangswet ruimtelijke
ordening en volkshuisvesting;
gehoord de afdeling voor openbare werken;
heeft beslotens
met overneming van de door burgemeester en wethouders in hun voorstel
gegeven motivering:
voormelde aanschrijving te handhaven met dien verstande echter dat aan
mevrouw J.J.W. Jansen-van Ginneken tot uiterlijk 15 maart 1967 de keuze
wordt gelaten tussen het treffen van de voorzieningen, vermeld in de
aanschrijving van burgemeester en wethouders dd. 28 oktober 1966, nr.
V/16699 en het doen staken van de bewoning van de woning Teteringsedijk 5.
Aldus besloten in zijn openbare vergadering
van 11 januari 1967.
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.