-21- De onderhandelingen zijn vastgelopen en de raad heeft toen op 14 oktober 1964 besloten het subsidie per 1 september 1964 niet meer toe te kennen. Derhalve bleek 36.996,- minder benodigd te zijn. ad b. In de oorspronkelijke begroting 1964 was voor de exploitatie een stelpost van 150.000,- geraamd. Daarnaast was nog een bedrag van 15.200,- voor kapitaalla sten opgenomen. Bij raadsbesluit dd. 12 augustus 1964 is op dit bedrag 66.700, gesuppleerd, zodat het totaal beschikbaar bedrag 231.900,werd. Volgens de rekening 1964 is er ten behoeve van de Stadsschouwburg netto 216.600,- uitgegeven. Ten opzichte van de herziene begroting blijkt er dus een meevaller van 15.300,- te zijn. Vanwege de stelpost in de begroting is het verschil niet naar kostensoorten toe te rekenen. ad c. Het verschil ad 38.000,is als volgt te specificeren: personeelskosten 4.000,— onderhoud, verlichting en verwarming 2.500,— tentoonstellingen 1.000,— kamermuziek 2.000,— publiciteit 7.000,— agenda 4.000,— exploitatie Beyerd-Studio 8.700,— kapitaallasten 9.000,— 38.200,— ad d. kapitaallasten 24.346,— personeelskosten 13-254, sportevenementen 2.000, bevordering betere technische leiding 1.000,— minder recettes 1 .000,— verhuur sportterreinen TT 7.000,— onderhoud terreinen f» 14.000,— diverse inkomsten f' 2.000,— 18.600,— ad f. Het overschot op dit onderdeel is te verklaren uit het volgend verlooj. 1kapitaallasten - 58.000,— 2. volkstuinen IT 27.000,— 3. volksfeesten I3.OOO,— 4. materiële uitgaven 3.500,— 5. kinderspeelplaatsen 19.000,— 6. huur Concordia 11 .400,—

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 185