Bij bijlage nr. 124 -5- thans luidt of nader wordt vastgesteld, met dien verstande, dat wan neer in die regeling wordt gesproken van "de raad" en van "Burge meester en Wethouders" wordt gelezen "het algemeen bestuur van het Instituut", respectievelijk "het dagelijks bestuur van het Instituut" 3- Het algemeen bestuur stelt voor de docenten, niet behorende tot het personeel van het Instituut, een vergoedingsregeling vast. PAR. VII. TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING. Artikel 21 Ingeval voor een gemeente toetreding wordt overwogen, stelt het alge meen bestuur vast of die gemeente tot de regeling kan worden toegela ten en zo ja, onder welke voorwaarden. Voor de toetreding is daarna vereist een gemeenschappelijk besluit van de Raad en de Burgemeester dier gemeente. De toetreding gaat in op de dag door het algemeen bestuur te bepalen. Artikel 22. 1Een gemeente kan slechts uittreden bij een gemeenschappelijk besluit van de Raad en de Burgemeester. Uittreding kan geschieden per 1 janu ari van enig jaar, met dien verstande, dat het daartoe genomen be sluit tenminste één jaar tevoren aan het algemeen bestuur is medege deeld. 2. De uittredende gemeente blijft aansprakelijk voor alle schulden en de overige verplichtingen van het Instituut op het tijdstip van uit treding, zulks in verhouding van het aantal werkelijk in dienst zijn de korpsleden van de uittredende gemeente tot het totale aantal van zodanige korpsleden der op het tijdstip van uittreding deelnemende gemeenten naar de toestand op 1 januari van het jaar van uittreding. 3» De financiële gevolgen voor de uittredende gemeente worden op voor stel van het algemeen bestuur door het college van Gedeputeerde Sta ten van Limburg bindend vastgesteld. Indien het een uittreding be treft van een gemeente, gelegen in de provincie Gelderland of Noord- Brabant, horen Gedeputeerde Staten van Limburg tevoren hun ambtgeno ten van deze provincies. Artikel 23- Deze regeling kan op initiatief van het algemeen bestuur dan wel op ini tiatief van één of meer van de Raden en de Burgemeesters der deelnemen de gemeenten worden gewijzigd, indien de Raden en de Burgemeesters van 2/3 der deelnemende gemeenten daartoe besluiten. Artikel 24. Deze regeling kan op initiatief van het algemeen bestuur dan wel op ini tiatief van één of meer van de Raden en de Burgemeesters der deelnemende gemeenten worden opgeheven, indien de Raden en de Burgemeesters van 2/3 der deelnemende gemeenten daartoe besluiten. Het algemeen bestuur stelt een regeling vast ter vereffening van de op het tijdstip van opheffing ten laste der deelnemende gemeenten blijvende kosten. PAR. VIII. SLOTBEPALINGEN. Artikel 25. Deze regeling, haar wijziging en opheffing, toetreding tot of uittre ding uit deze regeling worden ter kennis gebracht mn de Raden en de Burgemeesters der deelnemende gemeenten, alsmede van de Gedeputeerde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 382