gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Bijlage no. 131 22 maart 1967 AZ/4209 Mededeling van burgemeester en wethouders inzake de regeling ter bevordering van de doorstroming- van goedkope naar duurdere woningen. Verleden jaar hebben wij bij de behandeling van ons voorstel om de door het rijk beschikbaar gestelde gelden ter bevordering van de doorstroming van goed kope naar duurdere woningen volgens bepaalde regels aan te wenden, toegezegd op de hoogte te zullen houden van het resultaat. Ter inlossing van deze toezegging doen wij U bijgaand toekomen een overzicht van het aantal ver huizingen, dat gedurende 1966 vanaf 1 april heeft plaatsgehad en waarin het volgens de geldende regeling in uitzicht gestelde bedrag van 500,werd uitgekeerd. Uit het overzicht blijkt onder andere dat 83/° van hen, aan wie een premie werd uitgekeerd, verhuisd is naar woningen met een huurprijs van meer dan 100,per maand. Slechts van 20}'° van de ontruimde woningen bedroeg de huurprijs minder dan 60, doch van 44,. lag de huurprijs tussen 60, en 70,per maand. Ter aanvulling van het overzicht zij nog vernield, dat: 45>. verhuisde van een flat naar een eengezinswoning; 1f° verhuisde van een flat naar een flat; 6fo verhuisde van een eengezinswoning naar een flat. Hoewel de doorstroming van goedkope na,ar duurdere woningen in het bovenbedoelde tijdsbestek mede dank zij het vigeren van de doorstromingsregeling f966, kwantitatief en kwalitatief bevredigend genoemd mag worden, komt het «ons zinvol voor in de doorstromingsregeling enkele wijzigingen aan te brengen. ho achten wij het bijvoorbeeld wenselijk doorstroming naar tagewo ninge ihwaar van de autonome werfkracht in het algemeen gering is, door middel van pr^miè- ring hoger te honoreren dan doorstroming naar woningen, die een sterke eig*©n aantrekkingskracht bezitten; verhuizing vanuit een goedkope eengezinswoning' naar een étagewoning zou, menen wij, zelfs zeer hoog gehonoreerd moeten word.en; daarentegen zou toekenning ven een premie in het algemeen achterwege kunnen blijven bij verhuizing van etagewoningen naar eengezinswoningen. Ook achten wij het juist, dat bij bepaling van d° hoogte van de premie enigszins rekening met de omvang van het huurprijsverschil tussen de ontruimde en de betrokken woning wordt gehouden. Deze grondgedachten zijn neergelegd in de artikelen 2 en 3 van de herziene regeling, zoals wij U die hierbij ter kennisneming doen toekomen. De overige bepalingen spreken, veronderstellen wijvoor zich. Vermeld zij nog, dat het fonds voor 1967 rond 126.890,zal bedragen. ¥ij verwachten, dat vrijwel dit gehele bedrag nodig zal zijn voor het doen van uitkeringen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 400