gemeente Breda
san de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 137
24 maart 1967
V/3141 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
beschikbaarstellen van een krediet ad 12.300,-
voor het slopen van een wijnkelder en het tref
fen van bouwkundige voorzieningen aan het pand
Liesbosstraat 30.
Aan het gemeentepand Liesbosstraat 30 alhier, is een oude opslagplaats
annex wijnkelder vastgebouwd, waarvan de voorzijde - het op tekening nr.
38.856 met A aangeduid gedeelte, dat met de achterbouw van het huis
zelf een geheel uitmaakt - in een zo bouwvallige toestand verkeert, dat
het bij verdere achteruitgang gevaar zal gaan opleveren. Ook de bovenbouw
van het achterste gedeelte van meergenoemde opslagplaats, waar zich de
wijnkelder bevindt - op genoemde tekening met B aangegeven - verkeert in
slechte staat.
Handhaving van de wijnkelder is alleen mogelijk, wanneer de kap van de
achterbouw ingrijpend wordt gerepareerd en bovendien de voorzijde geheel
vernieuwd wordt.
Sinds de gemeente de eigendom van het pand Liesbosstraat 30 verkreeg is
getracht de opslagplaats, welke niet aan de bewoner van de woning in ge
bruik is gegeven, te verhuren, evenwel zonder resultaat. De mogelijkheid
om dit gedeelte in de toekomst te verhuren moet zeer gering worden geacht
mede in verband met het feit, dat in de overeenkomst, waarbij de gemeente
deze eigendom verwierf, beperkende bepalingen ten aanzien van het gebruik
zijn gesteld.
Het komt ons daarom gewenst voor de onderhavige opslagplaats te slopen,
hetgeen om bovenstaande redenen en gelet op de hieronder vermelde, nog te
treffen voorzieningen, geen afbreuk zal doen aan de mogelijkheid dit pand
als ruilobject - waarvoor het indertijd is aangekocht - te benutten.
Bij het slopen zal het noodzakelijk zijn de nodige voorzieningen te tref
fen aan de woning zelf, ten einde deze in bruikbare staat te houdenj hierbij
zal zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van de bij het slopen viljge
komen materialen.
Tevens zal het in gebruik gegeven gedeelte van het perceel aan de rechter
zijde van een nieuwe terreinafscheiding moeten worden voorzien, bestaande
uit een 1,50 meter hoog heiwerk, dat aan de achterzijde, hetgeen op de
tekening is aangegeven, zal worden doorgetrokken, waardoor het achterliggende
terrein, dat niet in gebruik is gegeven, zou kunnen worden benut via een
uitgang op de aan de noordzijde geprojecteerde weg in het bestemmingsplan
Princenhage-Hoord 1963